Stap in! 1975

Elke speler krijgt vier pionnen. Deze stellen passagiers voor die zo vlug mogelijk de bus willen nemen.
Op het speelbord krijgt elke speler een startplaats voor zijn vier pionnen. De vier bussen bevinden zich op een draaibare cirkel in het midden van het speelbord. Rondom deze draaicirkel loopt het vaste parcours waarover de pionnen moeten lopen om een bus te kunnen halen.
De actieve speler dobbelt en verplaatst een eigen pion in een richting naar keuze. Indien een zes gedobbeld wordt, mag de speler geen pion verplaatsen maar moet hij nog eens dobbelen en de draaicirkel evenveel vakjes draaien. Hierdoor rijden de bussen rond waardoor elke speler moet kiezen of hij met zijn pion de bus toeloopt of inhaalt.
De speler die er als eerste in slaagt om alle vier pionnen in de bussen te laten plaatsnemen, wint het spel.
Het speelbord is wat dun zodat het niet echt vlak ligt. Het spelsysteem heeft wel iets. De kinderen moeten bij elke beurt kiezen welk van hun eigen pionnen ze willen verplaatsen en in welke richting. Bovendien kunnen pionnen die op de trede van de bus of in de deuropening staan, geslagen worden, waardoor de spanning stijgt als er een pion in de buurt komt. Pionnen zijn slechts veilig als ze effectief op een wit busvakje staan.
De spelregels konden iets beter in het Nederlands vertaald worden. Pas als de originele Duitstalige tekst gelezen wordt, begrijp je enkele essentiële details. Wie op zoek is naar een spel waarbij het getalbegrip tot '6' effectief aan bod komt, moet dit spel zeker eens zijn leerlingen aanbieden.