Ringelreihen 1990

Vrolijke kinderfiguren reiken elkaar de hand en vormen een bonte rij. De volgende figuur in de rij kan enkel geplaatst worden indien zijn hand op gelijke hoogte is en zijn handschoen dezelfde kleur bezit. Wie het eerst al zijn eigen figuren in de rij kan plaatsen, wint dit spel.
Bij de start krijgt iedere speler een bepaald aantal figuren en komt er een willekeurige startfiguur op tafel. Wie aan de beurt komt, probeert één van zijn eigen figuren in de rij te plaatsen (zoals bij domino). Dit kan enkel als de handschoenen dezelfde kleur hebben en de handen even hoog zijn. Dan komt het volgende kind aan de beurt. Het maakt niet uit aan welke zijde de nieuwe figuur bijgeplaatst wordt (als kleur en hoogte maar overeenkomen). Alle figuren moeten wel met hun gezicht in dezelfde richting kijken. Heeft het kind geen passende figuur, die aan één van beide zijden van de rij kan toegevoegd worden, moet het een nieuwe figuur uit de voorraad nemen. Als deze past, mag de figuur meteen geplaatst worden. Is de voorraad leeg, slaat het kind een beurt over en de volgende speler komt aan de beurt.
Het spel eindigt zodra een speler geen figuren meer bezit. Deze speler wint het spel.
Het spel eindigt ook als niemand nog een figuur kan bijplaatsen (alhoewel iedereen nog figuren bezit). In dit geval wint de speler de er nog het minst aantal over heeft. Hierbij kan het gebeuren dat meerdere spelers evenveel figuren over hebben. Zij winnen dan allemaal.
De figuren zijn uit dik karton en staan op een stevige voet. De kleuren zijn duidelijk herkenbaar en de verschillende hoogtes geven het spel een extra dimensie. Voor jonge kleuters kan dit spel prima dienen.