Ik leer rekenen 1996

Categorie:
Auteur:
Land van oorsprong:
Beschikbare talen:
Richtprijs:
€ 18
Bron:

Omschrijving

Bron: Spellenlab
Een stevige boekentas (waar alles stevig en vast inzit) met een zelfcorrigerend rekenspel. Wat kan je nog meer wensen?
15 kaarten met oplopende moeilijkheidsgraad moeten het kind leren om voorwerpen te tellen of eenvoudige sommen, verschillen of producten te berekenen.
Een kaart wordt uitgekozen en in een groot vak gelegd. De antwoorden zijn zelfcorrigerend. Elke cijfer heeft immers op de rugzijde een pincode (pinnetjes die uitsteken), waardoor dit cijfer maar op één plaats kan gelegd worden, nl. daar waar in het opgaveblad op net dezelfde wijze gaten zijn voorgeboord.
Dit spel lijkt op het eerste zicht goed, totdat je je kinderen observeert. De cijfers zijn allemaal anders gekleurd en die kleuren hebben geen functie. Maar dit begrijpt het kind niet steeds. Als je dit spel door vierjarigen (zoals vermeld op de doos) laat uitproberen dan leren ze niets bij. Ze proberen immers gewoon elk cijferblokje uit om te proberen of het in die gaatjes past. Sommige kinderen proberen zelfs patronen te herkennen in het kleurgebruik van de tekeningen i.p.v. de cijfers te gebruiken. De symbolen ‘+’, ‘-’, ‘x’ en ‘=’ zijn nog niet aangeleerd voor die leeftijd. Dit probleem kunnen ze dus niet oplossen. Het ergste is waarschijnlijk dat kinderen de gaatjes in de vakjes waar de cijferblokjes moeten komen, tellen. Ze raken dan in de war wat er nu juist moet geteld worden: de tanden van de krokodil, de gaatjes in het antwoord of een combinatie van beide.
Neen, dit spel kan enkel maar gespeeld worden door kinderen die reeds tot 25 kunnen tellen en rekenen. De titel ‘ik leer rekenen’ is dus compleet verkeerd. Het moet zijn ‘ik gok bij het rekenen’.
Aantal spelers 1-1 spelers
Speelduur 16' tot 45'
Leeftijdscategorie Kleuters
Moeilijkheidsgraad heel simpel
Ik leer rekenen