Bron: Spellenlab
Bouw hotels en probeer je tegenstanders failliet te krijgen. Daar komt het in wezen op neer.
Het speelbord stelt een straat voor waar het ene hotel na het andere opgebouwd zal worden. Bij de eerste keer spelen, heb je heel veel werk om alle verschillende soorten hotels samen te stellen. De foto op de doos toont fraai, glimmende speelstukken, maar de realiteit is helaas anders. De kartonnen hotels zijn zo broos dat wie ze iets te hard vastpakt, ze onherroepelijk plat duwt.
Nadat iedereen zijn startkapitaal heeft ontvangen, start het spel. Wie terecht komt op een koopvakje, kan de bijbehorend grond aankopen. Is die grond al in bezit bij iemand anders, dan kan je die speler verplichten die grond te verkopen, op voorwaarde dat deze er nog niet op gebouwd heeft. Eindig je op een ander soort vak, dan krijg je een bouwvergunning. Wil je hiermee bouwen, dan bepaalt een dobbelsteen of je hiervoor de toelating krijgt of niet. Wie voorbij de bank passeert, ontvangt geld. Kom je voorbij het stadhuis, dan mag je in alle hotels die je bezit één entree openen. Het hoofdgebouw van die hotelketen moet er dan wel echter al staan. Andere vakken op het parcours laten je gratis bouwen.
Komt een andere speler op een vakje waar een entree van jouw hotel ligt, dan moet deze een dobbelsteen gooien om te bepalen hoeveel nachten hij in jouw hotel blijft logeren.
Zodra je niet meer in staat bent om te betalen, moet je je eigendom op een veiling te koop aanbieden. De speler die als laatste overblijft en dan alle hotels van de medespelers heeft overgenomen, wint het spel.
Ondanks de "reeds gezien"-indruk een redelijk leuk familiespel en tamelijk origineel.
Het materiaal ziet er zeer luxueus uit maar is helaas niet stevig genoeg.