Essen 2008. Een nieuwe variant op Carcassonne. Je twijfelt eerst, leest een paar keer de informatie op de doos en besluit het spel toch eens te proberen. In deze variant start het ontdekken van het nieuwe continent Noord-Amerika aan de Oostkust. Een langwerpig speelbord toont een stukje van die Oostkust met 10 startvelden en drie steden (Plymouth, New York en Jamestown). In de oceaan ligt het scorepad. Dit speelbord plaats je rechts op tafel. Op het bovenste en onderste startveld wordt een Landmeter geplaatst. Deze twee figuren zullen tijdens het verdere spel een heel belangrijke rol spelen. Het spel verloopt traditioneel. De speler aan beurt neemt het bovenste kaartje en plaatst dit net zoals bij Carcassonne aan een reeds liggend kaartje of aan één van de tien startveld aan de Oostkust. Vervolgens kan een eigen speelfiguur op dit kaartje geplaatst worden. Wordt tijdens het spel een weg, boerderij (i.p.v. een abdij) of stad afgewerkt, dan krijgt de speler met de meeste ontdekkers hierop de bijbehorende punten. De weiden scoren ook pas aan het eind. Voor elk dier in een weide scoor je punten (dus net iets anders dan in de basisversie). Maar zoals reeds gezegd: de landmeters beïnvloeden het spel! Tijdens het scoren kan je 4p bonus krijgen indien je eigen speelfiguur in dezelfde kolom staat als een Landmeter (8p indien beide Landmeters in diezelfde kolom staan). Maar telkens iemand punten scoort, schuift één van beide Landmeters een vakje naar het Westen. Ze schuiven geleidelijk aan samen op. Je kan dus niet één Landmeter wat achterlaten en de andere doorschuiven. Ze mogen hooguit in twee naast elkaar gelegen kolommen staan. Na twee waarderingen staan ze dus weer in eenzelfde kolom. Alle ontdekkers (pionnen) die nu op steden, boerderijen of wegen ten oosten van die Landmeters staan, worden onmiddellijk verwijderd en kunnen dus geen punten meer opbrengen voor hun eigenaars. Enkel de pionnen op de weiden blijven tot het eind staan. Deze nieuwe spelregel zorgt ervoor dat alle spelers zich verplicht voelen om het land naar het Westen te verkennen en heel spaarzaam om te gaan met het plaatsen van hun pionnen. Je mag wel investeren in land ten oosten van de Landmeters, maar als er weer een waardering aankomt, verlies je die pion op het speelbord. Dat is het. Die Landmeters beïnvloeden het spel heel sterk. Je kan dus niet meer rustig werken aan een stad of weg, je moet steeds goed opletten wanneer een volgende waardering nefast kan aflopen. Er wordt in deze variant heel vaak met kleine scores gewaardeerd en de meeste spelers mikken op de bonuspunten door pionnen te plaatsen op tegels die meteen scoren en in dezelfde kolom staan als één of beide Landmeters. De weiden mogen ook niet uit het oog verloren worden. De dieren in de bossen (helaas niet zo opvallend getekend) kunnen op het einde van het spel nog heel veel punten opbrengen. Dit spel verdient om eens gespeeld te worden. Je mag het niet vergelijken met de standaardversie. Sommige spelers waarderen het feit dat ze veel vlugger terug over hun pionnen kunnen beschikken. Andere spelers houden dan weer van de spanning van die steeds maar naar het Westen opschuivende Landmeters. Mayflower is leuk om te spelen, maar je zult het waarschijnlijk niet heel vaak spelen omdat je moeilijker spelers zult vinden die bereid zijn om weer een nieuwe variant uit te proberen. De spelregels wijken niet heel veel af van de standaardversie, maar toch speelt het heel anders, o.a. door de mogelijkheid om elkaar flink dwars te zitten.