Bron: Spellenlab
Fabulantis dompelt ons onder in een betoverd bos waarin de wandelpaden steeds veranderen. Elke speler moet eerst naar het centrale tovermeer om er zijn geheime bestemming op te halen. Wie daar dan als eerste aankomt, wint het spel.
Het speelbord bestaat uit zes aparte onderdelen die elk een draaischijf bevatten. Deze vormen samen met het centrale meer een stervormig variabel speelbord waarop de verschillende wandelpaden te zien zijn. De pionnen van de speler worden op hun startplaatsen gezet (tussen de draaischijven).
Bij zijn beurt gooit de speler twee dobbelstenen. De ene laat je toe om een draaischijf naar keuze 1, 2 of 3 keer te draaien in een richting naar keuze. Het maakt hierbij niet uit of er reeds pionnen op die draaischijf staan. Met de andere dobbelsteen mag de speler zijn eigen pion evenveel keer verplaatsen (1-6).
Eindigt je pion op een veld met gele stip dan moet een gebeurteniskaart getrokken worden: ga drie stappen verder, iedereen mag drie stappen verder, sla zelf een beurt over, kies een medespeler uit die een beurt moet overslaan, verwissel je doelkaart met die van een andere speler of verwissel je pion van locatie met die van een medespeler naar keuze.
Eindigt je pion op een gekleurd vakje dan mag je meteen verhuizen naar het andere vakje op het speelbord met dezelfde kleur.
Pionnen die in het centrale meer aankomen, krijgen een geheime bestemmingskaart. Deze toont een plaats aan op het speelbord waar je nu zo vlug mogelijk naar toe moet lopen. De speler wiens pion daar als eerste aankomt, wint het spel.
Ik had er meer van verwacht. Het spelmateriaal is nochtans voortreffelijk en straalt geheimzinnigheid uit. Het spelregelboekje geeft enkele tactische tips die tijdens het lezen als zinnig overkomen. Maar eenmaal je aan het spelen gaat, ervaar je de te dominante geluksfactor van de dobbelstenen. Niks tactiek. Enkel dobbelen, verplaatsen, anderen plagen of jezelf wat beter draaien. Bij een eerste testspel won een speler precies na 5 keer aan de beurt te zijn geweest (na 6 minuten). Lekker frustrerend was dat voor de anderen. Die speler had gewoon veel geluk met zijn 1-6 dobbelsteen. Er werden twee gebeurteniskaarten getrokken en niemand kon van gekleurd naar gekleurd veld springen.
Kinderen kunnen niet zo goed hun bestemming geheim houden. Daardoor worden hun pionnen voortdurend geboycot, wat ze helemaal niet leuk vinden. Hoe zou jij je voelen als de draaischijf waarop je staat steeds weg van zijn doel wordt gedraaid?
Misschien verwacht ik te veel van dit spel. Maar als een uitgever 6-99 jaar op de doos plaatst, slaat mijn spelershart wat vlugger. Jammer dat met dit heel mooie materiaal niet iets beters werd verzonnen.