Die Werwölfe von Düsterwald - Erweiterung 1: Neumond 2006

Dit doosje bevat enkele leuke varianten op het spelverloop van “De Weerwolven van Wakkerdam” en enkele nieuwe karakters die je kan toevoegen aan het bestaande pakket.
We stellen u deze kort voor (zonder heel veel details).
1. Maneschijn
Elke speler neemt plaats op de grond in een wat ruimere kring en krijgt een brandende kaars (of theelichtje) voor zich. Zolang het kaarsje brandt, ben je in leven. De spelleider of de weerwolven moeten dit ’s nachts doven...
2. Meerdere dorpen
Met heel veel vrienden kan je meerdere dorpen opstarten (met behulp van meerdere speldoosjes). Per dorp zorgt een aparte spelleider dat alle fases gelijktijdig gebeuren. De spelers kunnen zowel ’s nachts als overdag naar een ander dorp overlopen. Een overloper neemt zijn opdrachtkaart mee en klopt aan om toegelaten te worden.
3. Hij is het zeker niet...
Dit is een andere manier om te stemmen. Alle bewoners staan op het einde van de dorpsraad recht. De linkerbuur van het laatste slachtoffer duidt een speler aan die volgens hem mag blijven leven en gaat zitten. Vervolgens mag de aangeduide persoon op zijn beurt weer iemand aanduiden die hij vertrouwt en gaat ook zitten, enz. De laatste persoon die nu nog recht staat, ligt uit het spel.
4. De sprekende muur
Vooraleer de nacht begint, hebben de bewoners de gewoonte om eens langs te gaan bij de berichtenmuur van het stadhuis. Elke persoon die nog in het spel zit, schrijft anoniem een kort zinnetje (verdachtmakingen, waarschuwingen, commentaar, complimenten, liefdesverklaringen,...) naar keuze op een klein papiertje en geeft dit aan de spelleider. De spelleider leest deze in willekeurige volgorde voor. Nu mogen de spelers aan de nacht beginnen...
5. Dubbel “ik”
Met kleine groepen spelers (7 tot 9) kan je eerst elke speler een speciaal karakter geven, zodat iedereen vooraf elkaars speciale gaven kent en daarna in het geheim een weerwolf of dorpsbewoner kaart. Je kan ook alle kaarten mengen en iedereen willekeurig twee karakters geheim toekennen.
6. Oogstfeest
Dit hoofdstuk bevat een flink pak aanpassingen die het resultaat zijn van overdadig feesten (en drinken). Wat denk je van deze? Als de waarzegster wakker wordt, vertelt de spelleider luidop aan iedereen welk karakter ze gezien heeft en wordt bovendien het karakter beschreven van de beide buren (soort kaartje maar geen naam van speler). Voor elk karakter wordt hier een dronken variant aangeboden.
7. De zwarte pest
Geloof me: dit is een vrij zware variant die ik hier niet mag verklappen. In het spelregelboekje staat dit hoofdstuk trouwens in spiegelschrift gedrukt!
8. Vreemde betoveringen
In plaats van hun slachtoffers ’s nachts te doden, betoveren de weerwolven ze liever. Een betoverd slachtoffer blijft leven, maar verliest al zijn speciale vaardigheden. Als een betoverde persoon overdag door de dorpsraad gelyncht wordt, dan verlaten alle tot dan betoverde personen meteen het spel. De weerwolven winnen zodra ze de voorlaatste bewoner betoverd hebben.
9. Nieuwe maan
Elke ochtend neemt de zopas uitgeschakelde speler een gebeurteniskaart (er zijn een 36 beschikbaar) en leest deze voor. Hierdoor ontstaan onverwachte wendingen die het spel een typische “Franse slag” geven.
Naast deze scenario’s bevat het doosje nog vijf nieuwe karakters: een Heler, de Oudere, de Zondebok, de Fluitspeler en de Dorpsidioot.
Wie al heel vaak het basisspel gespeeld heeft, zal dit uitbreidingsdoosje zeker appreciëren. Het is nu enkel nog wachten op een Nederlandse vertaling (want het doosje bevat wel heel veel tekstkaarten).