Bron: Spellenlab
In dit spel komen wel enkele verschillende stappen na elkaar. Het zelfstandig spelen zal dus niet voor de jongste spelers zijn.
1. Gooien met de kleurendobbelsteen, een kind (houten dikke fiche) op een zitje van die kleur laten plaats nemen.
2. Draaien aan de carrousel, als het laatst geplaatste kind in het zonnegebied van het bord terecht komt, mag er een zonnestraal bijgelegd worden. Komt het kind in het regengebied van het bord, moet er een regendruppel bijgelegd worden.
Deze twee stappen worden telkens herhaald.
Tenzij de kleur die gedobbeld werd al werd ingenomen.
1*. Dan mag er onmiddellijk na het dobbelen aan de carrousel gedraaid worden. We kijken nu naar 'meneer Carrousel' zijn vinger.
-> Als hij een leeg zitje aanwijst, mag het kind op dat zitje geplaatst worden.
-> Als hij een kind aanwijst, moet je vertellen op welk dier/rijtuig dit kind zit. Was het correct? Dan mag je een zonnestraal bijleggen. Was het fout? Dan moet je een regendruppel bijleggen.
Bij het aanleggen van de zonnestralen moet de vorige zonnestraal altijd volledig zijn, voor je aan een nieuwe zonnestraal mag beginnen.
Deze stukjes zijn goed gekozen waardoor we bij het leggen ook lengte leren inschatten, afpassen en wisselen naar een ander stukje die wel zou passen.
Als je nog maar één kind moet plaatsen, mag je een tweede keer dobbelen als je niet onmiddellijk een leeg zitje dobbelde. Dit zijn de tweeling afgebeeld op het spelbord die jou op dat moment helpen met deze extra spelregel.
Winnen? Als alle kinderen een zitje kregen op de carrousel voordat alle regendruppels afgelegd werden.
Verliezen? Als alle regendruppels op het bord liggen en nog niet alle kinderen een plaatsje kregen. Bij regenweer sluit de carrousel...
De eenvoudigste variant is goed te doen o.v.v. geheugen. Doordat in elke kleur twee keer hetzelfde dier staat, hoef je het dier nog niet te linken aan het kind dat je erop plaatst, maar kan je het ook linken aan de kleur. In de volgende kaarten die in de carrousel geschoven kunnen worden zijn er in bepaalde kleuren twee verschillende zitjes, in andere twee dezelfde. Het geheugen wordt hier duidelijk meer uitgedaagd.
We linkten tijdens het spelen telkens de mimiek of het uiterlijk van het kind met het zitje waarop hij ging zitten. Zo gebruikten we onze fantasie, taal en werkte het als geheugensteuntje.
De kleuters werken samen, ze kunnen elkaar helpen bij het onthouden van de zitjes. Het is leuk om samen naar hetzelfde doel toe te werken.
Verder komt er een klein beetje meten aan bod bij het vullen van de zonnestralen.
Kortom een leuk spel dat zich duidelijk in de leefwereld van de kleuter situeert en er worden verschillende vaardigheden geoefend.
Draai niet te hard aan de carrousel, dan vliegt er wel eens een kind uit zijn zitje :-).
De verschillende stappen die moeten genomen worden bij gevulde zitjes zijn iets moeilijker. Hier zal begeleiding bij nodig zijn ofwel laat je deze spelregels weg en mogen ze nog eens opnieuw dobbelen. Dit zal het geluk door de dobbelsteen wel doen toenemen en de spelduur misschien onnodig verlengen. Aan jullie de keuze!
Testgroepen:
- Heel leuk! Met de makkelijkste kaart vonden de jongste kleuters het heel leuk. Ook de derde kleuters speelden nog met de makkelijkste kaart. Dit konden ze zelfstandig spelen.
- Het materiaal spreekt enorm aan.
- Voorzichtig draaien aan de carrousel, de kinderen vliegen anders uit de zitjes.
- De spelregels zijn niet eenvoudig, de stappen die na elkaar komen zijn soms moeilijk te onhtouden.
- Ziet er heel mooi uit, maar duurt erg lang voor je kan beginnen spelen.
- Draaien aan het rad was moeilijk (derde kleuter)
- Voor sommigen viel het spel echt tegen: te moeilijk om alleen te spelen.
- veel spelregels: je moet lang lezen en opnieuw lezen om het te spelen.
- spelplezier is rap voorbij.
- Leuk thema