Bron: Spellenlab
Iedere speler maakt met het papier een ijsberg door het te kreuken. Je legt er de twee jonge pinguïns van jouw kleur op met de wakkere kant naar voor.
De startspeler dobbelt.
- Als het een visje is, mag je beide pinguïns werpen op de ronde ijsschijfjes in het water. Alle schijfes waar de pinguïn op belandt (aanraakt), mag je bedekt op je eigen stapel leggen.
Hier komt motoriek bij kijken, gooi je hard, ver, van hoog? Hoe kan je de meeste visjes bedekken met je pinguïn?
- Als het een pinguïn is, komt één van de ouders één stapje dichter naar de iglo.
- Als het de walvis is, moet je jouw stapeltje ijsschijfjes in de bek van de walvis steken. Als die stapel nog niet beschermd is.
Hoe kan je je stapel visjes beschermen? Door er één van je pinguïns slapend op te leggen. Vanaf dan kan je maar met één pinguïn meer gooien.
Hier komt inhibitie bij kijken, blijf je maar verder spelen en loop je een groot risico je vissen te verliezen? Of speel je sneller op veilig en beveilig je ze? Dan kan je wel maar met één pinguïn meer verder spelen.
Het spel eindigt wanneer beide ouders de iglo bereikt hebben of wanneer alle pinguïns van alle spelers slapend op een stapel ijsschijfjes liggen.
Daarna worden de gekleurde visjes op de achterkant van de ijsschijfjes geteld. Het is dan nog steeds mogelijk dat iemand met veel schijfjes verliest, door het aantal rotte vissen/visgraten.
Het is duurzaam materiaal, de papieren ijsbergen zijn ook geen probleem, ze worden in het spel enkel als aankleding gebruikt.
En erg leuk spel! De spelers moeten werpen, moeten inschatten wanneer ze hun stapel beschermen en op het einde kan je nog altijd winnen, ook al heb je minder schijfjes.