Bron: Spellenlab
Elke speler heeft drie eilanden met elk vijf velden en krijgt aan het begin van elke ronde vier transparante kaarten met 1 à 5 draken op.
Iedereen kiest een kaart en legt die op één van hun eilanden. Dan worden alle handkaarten doorgegeven. Dit wordt herhaald tot iedereen drie kaarten gespeeld heeft. (De overige kaarten worden afgelegd.)
Aan het einde van een ronde krijgen spelers punten aan de hand van de draken in hun park.
Ieder type draak scoort op een andere manier.
Daarna tellen ze het aantal schapen (=voedsel) in hun park. Wie minder schapen dan draken heeft, verliest het verschil in punten.
Dan begint de volgende van de drie rondes.
Kaarten kunnen op elkaar gelegd worden (en na een paar beurten zal je dit moeten doen) waardoor je park er elke ronde anders uit ziet.
Dit is nodig, want elke ronde is er een andere 'populaire draak' die punten oplevert.
Wanneer je een ei bedekt met een draak, krijg je extra punten. Wanneer je een boze draak bedekt, verlies je punten.
Je moet dus een beetje plannen hoe je je park gaat inrichten, maar je moet vooral geluk hebben dat je de juiste kaarten trekt.
Dragon Parks is een eenvoudig aan te leren spel met een spelmechanisme dat vlot werkt. Het is aangenaam om te spelen, maar naar onze mening zeker geen hoogvlieger.