Het Ganzenbord: een Wijsheidsspel 2004

Het bijzondere aan deze uitgave is de aandacht voor de achtergrond en de betekenis van de verschillende vakken op het parcours. De auteur besteed ruime aandacht aan de vermoedelijke ontstaansgeschiedenis van het spel. De benaming zou uit de Griekse mythologie komen waar de gans de verpersoonlijking was van het noodlot. Het oudste spoor in onze streken werd in een Brusselse keure van 1342 gevonden. Het ganzenbord zoals wij kennen, ligt in het Frankrijk van de 16de eeuw. Het oudst bekende exemplaar kwam uit Brugge (jawel, uit Brugge...) en werd tussen 1683 en 1706 door ene Jacobus Beernaerts gedrukt. Het spelregelboekje in deze editie vertelt nog meer leuke achtergrondfeiten.
In een tweede hoofdstuk besteedt de auteur wat aandacht aan de getallen op en rond het parcours. Het getal 63 (de lengte van het parcours) stelt de ouderdomsgrens voor van mensen in de 16de eeuw. De betekenis van de twee grensgetallen die je met twee dobbelstenen kan gooien (2 en 12) worden eveneens uitvoerig toegelicht.
En vanzelfsprekend worden de zes bekendste vakken van het speelbord uitvoerig voorzien van commentaar: de brug (vak 6), de herberg (vak 19), de put (vak 31), de doolhof (vak 42), de gevangenis (vak 52) en de dood (vak 58).
De eigenlijke spelregels zijn bekend. Maar deze versie besteedt ook aandacht voor enkele alternatieve spelregels. Zo kan je het spel ook met fiches (munten, snoepjes, knopen,...) spelen. Er worden ook 6 extra speelkaarten voorzien die op de zes bekende plaatsen extra acties veroorzaken.
Het speelbord is heel mooi ontworpen, stevig uitgevoerd en het speregelboekje geeft je veel meer dan enkel de spelregels.
Wie meer wil weten hoe dit spel speelt en wat je ermee kan doen, koopt zijn exemplaar in de bekende Brugse schrijfwinkel 'Symposium' (Oostmeers 41, 8000 Brugge, 050 33 61 31).

Op de zijkant van de doos: "Een idee van VZW Neon Symposium, Brugge".
Het bijzondere aan deze uitgave is de aandacht voor de achtergrond en de betekenis van de verschillende vakken op het parcours. De auteur besteed ruime aandacht aan de vermoedelijke ontstaansgeschiedenis van het spel. De benaming zou uit de Griekse mythologie komen waar de gans de verpersoonlijking was van het noodlot. Het oudste spoor in onze streken werd in een Brusselse keure van 1342 gevonden. Het ganzenbord zoals wij kennen, ligt in het Frankrijk van de 16de eeuw. Het oudst bekende exemplaar kwam uit Brugge (jawel, uit Brugge...) en werd tussen 1683 en 1706 door ene Jacobus Beernaerts gedrukt. Het spelregelboekje in deze editie vertelt nog meer leuke achtergrondfeiten.

In een tweede hoofdstuk besteedt de auteur wat aandacht aan de getallen op en rond het parcours. Het getal 63 (de lengte van het parcours) stelt de ouderdomsgrens voor van mensen in de 16de eeuw. De betekenis van de twee grensgetallen die je met twee dobbelstenen kan gooien (2 en 12) worden eveneens uitvoerig toegelicht.

En vanzelfsprekend worden de zes bekendste vakken van het speelbord uitvoerig voorzien van commentaar: de brug (vak 6), de herberg (vak 19), de put (vak 31), de doolhof (vak 42), de gevangenis (vak 52) en de dood (vak 58).

De eigenlijke spelregels zijn bekend. Maar deze versie besteedt ook aandacht voor enkele alternatieve spelregels. Zo kan je het spel ook met fiches (munten, snoepjes, knopen,...) spelen. Er worden ook 6 extra speelkaarten voorzien die op de zes bekende plaatsen extra acties veroorzaken.
(recensie: Vlaams Spellenarchief)

Collectie Fred Horn, Vlaams Spellenarchief te Brugge.