Bron: Spellenlab
Elk krijgt vijf speelstukken (zwarte hoed, rood bekertje, oranje cilinder, groene jeton en een wit konijn). Daarnaast een stapel met 55 opdrachtkaarten.
Aan het begin van elke ronde, wordt de bovenste kaart omgedraaid. De 5 speelstukken moeten zo snel mogelijk gestapeld worden, rekening houdend met de volgende regels). De gekleurde voorwerpen moeten zichtbaar blijven, de grijze voorwerpen moeten ergens verborgen worden, de voorwerpen die niet afgebeeld worden, moet aan de kant gezet worden. De speler die er als eerste inslaagt om de kaart na te bouwen, roept ‘top that!’. De speler die als eerste vijf kaarten verzamelt, wint het spel.
Het toevoegen van een variant (namelijk de voorwerpen die rond gele sterretjes omringd zijn, moeten gevuld worden) maakt het spel nog leuker en meer uitdagend, maar het bemachtigen van de kaarten nog een stuk moeilijker… met heel wat hilariteit tot gevolg.
Dit spel is al te spelen vanaf een jaar of vijf. Breng het spel stapsgewijs aan: enkel kaarten met één niet-gebruikt voorwerp of één verborgen voorwerp …. Als laatste stap gebruik je alle kaarten.
Plezier gegarandeerd!