Op de Kinderboerderij 1999

Elke kleuter (vanaf 4 jaar) krijgt een kaart waar telkens zes dieren in verschillende kleuren op ontbreken. De spelleider heeft een grote zwarte zak waar al die dieren in verstopt zitten. Hij pakt zonder te kijken een dier uit de zak en laat alle spelers er even naar kijken. Wie het eerst merkt dat het getoonde dier op zijn kaart ontbreekt, zegt dat aan de spelleider. Die krijgt dan het dier en legt het op zijn kaart. Als je fout bent, moet je echter een beurt overslaan.
Wie het eerst zijn kaart compleet heeft, wint het spel.
Dit eenvoudig lottospel bekoort. De dieren zijn uit hout gemaakt en de spelkaarten zijn duidelijk geïllustreerd. Het concentratie-aspect maakt dit spel aantrekkelijk. Een konijn staat immers op alle kaarten. Maar enkel het konijn in de juiste kleur mag geplaatst worden. De kinderen leren goed kijken naar kleuren en vertrouwde dieren om ze vervolgens te kunnen herkennen en benoemen.