Splits de spelers op in een team mannen en een team vrouwen. Beide teams moeten nu raden hoe spelers op vragen zullen beantwoorden. Die vragen gaan over communiceren (praten, luisteren of het ontbreken ervan), sekse-kwesties (waarheden, oordelen en veroordelen), eilandfantasieën (fantasieën over onbewoonde eilanden en andere aardse begeerten), gezinsleven (relatie, huwelijk en gezinsleven), punten scoren (de ‘punten’ die mannen en vrouwen elkaar geven), in den vieze (seks) en dating (wat je doet, wat je niet doet en wat je gedaan hebt tijdens een afspraakje). Het centrale speelbord toont twee spiralen die naar de aarde toelopen. De mannen zetten hun pion op Mars en de vrouwen starten vanuit Venus. Elk team beschikt nog over een drietal stempionnen en een kieswiel. De doos herbergt dan nog 180 Marskaarten en 180 Venuskaarten met in totaal 720 vragen over de zeven verschillende categorieën. De vrouwen beginnen, tenzij de mannen daartegen protesteren. Iemand van het team wordt de kaartlezer en neemt een kaart uit de eigen pak (rood of groen). Zij of hij leest de vraag voor met de drie mogelijke antwoorden (A, B of C). Vervolgens besluit de kaartlezer hoe zij/hij die vraag zou beantwoorden en draait zij/hij de letter voor het venster van het kieswieltje (zonder dat de medespelers het gegeven antwoord kunnen zien). Gelukkig toont dit kieswiel ook een mogelijkheid voor hen die de vraag liever niet willen beantwoorden of niet uit de voeten kunnen met de drie gegeven keuzes. Bij de mannen wordt dit vak ‘het hol’ genoemd en bij de vrouwen ‘de put’. John Gray heeft het in zijn beroemde boek, waar de titel van dit spel naar verwijst, over de plek waar de mannen naar toe kunnen om zich veilig te voelen en de troost die de vrouwen vinden als het voor hen minder goed gaat. Nadat de kaartlezer de vraag beantwoord heeft, bespreken de andere spelers het mogelijke antwoord en maken zij een keuze. Elk team stemt dan door de drie stempionnen op 1 of meer van de corresponderende stemvakjes op het speelbord te plaatsen. Hierbij moeten de leden van het team het niet noodzakelijk eens zijn. Er kan ook verdeeld gestemd worden. Maar, hoe meer je het met elkaar eens bent, des te verder kom je op het speelbord. Nu laat de kaartlezer haar/zijn antwoord zien. Voor elke correct geplaatste stempion, kan elk team één vakje opschuiven richting aarde. Na elke vraag wordt er van team en speler gewisseld. Enkele voorbeelden van vragen: Als je partner een zware dag heeft gepland, kun je het beste (a) haar stoom laten afblazen (b) haar knuffelen (c) lekker voor haar koken. Mannen die thuisblijven om de kinderen op te voeden (a) hebben geluk (b) zijn lui (c) zijn sukkels. Een man verliest de meeste punten als hij (a) zijn kleren op de grond laat slingeren (b) vuile borden in de gootsteen laat staan (c) water op de vloer van de badkamer laat liggen. Mijn partner scoorde in het begin punten omdat hij mij (a) aan het lachen maakte (b) aan het blozen kreeg (c) over mijn gevoelens liet praten. Dit spel moet het vooral hebben van het juist inschatten van de persoon aan de beurt. Dit kan soms tot vervelende situaties leiden. Het spel ‘Strijd der seksen’ daarentegen is minder confronterend. De meeste groepen prefereren dan ook dat spel.
Bron: Hongs
De spelers worden opgesplitst in een team mannen en een team vrouwen. Beide teams moeten nu raden hoe spelers op vragen zullen beantwoorden.