Primepack 2000

Categorie:
Land van oorsprong:
USA
Beschikbare talen:
Richtprijs:
€ 20
Bron:
Een “prime” is een priemgetal. In dit reken-kaartspel wordt gewerkt rond het ontbinden van getallen in priem- en andere factoren.

Omschrijving

Bron: Spellenlab
De doos bevat 171 kaarten met de volgende priemgetallen (aantal tussen haakjes): 2 (x25), 3 (x18), 5 (x12), 7 (x8), 11 (x5), 13 (x4), 17 & 19 (x3).
Daarnaast zijn er nog kaarten met samengestelde getallen (getallen groter dan 1 en geen priemgetal): twee keer een 4, 6, 8, 9, 10, 14, 15, 20, 21, 25 en 50 en één keer een 12, 16, 18, 22, 24, 26, 27, 28, 30, 32, 33, 34, 35, 36, 38, 39, 40, 42, 44, 45, 48, 49, 51, 52, 54, 55, 56, 57, 60, 63, 64, 65, 66, 68, 70, 72, 75, 76, 77, 78, 80, 81, 84, 85, 88, 90, 91, 95, 96, 98, 99, 100, 120, 200, 280, 420, 600 en 900. Verder zijn er nog 13 kaarten met het woord “prime”. Ze fungeren als een soort joker die om het even welk priemgetal kan voorstellen.
Het spel kan op 6 verschillende moeilijkheidsgraden gespeeld worden. Telkens moet de begeleider een welbepaalde stapel kaarten selecteren (zie spelregelboekje). Op het 6de niveau worden alle kaarten gebruikt. Deze variant is bijzonder geschikt voor leerlingen van de eerste graad secundair onderwijs.
De auteur voorziet vier verschillende spellen, waarvan “Prime Challenge” het meest uitdagende is.
Alle spellen draaien rond het begrip “factor set”. Dit is een set kaarten bestaande uit minstens drie kaarten waarvan één kaart het product is van alle andere kaarten (b.v. 90=9x10 of 90=9x5x2 of 90=3x3x5x2). Hoe meer kaarten een set bevat, hoe hoger de score voor de speler die ze ontdekt. De jokerkaarten mogen gebruikt worden als noodzakelijk priemgetal is zo’n set. Maar er mogen maximaal slechts drie jokerkaarten voorkomen. Deze definitie moet vooraf eens goed uitgelegd worden m.b.v. enkele kaarten.
De spelers zitten rond de tafel en de spelbegeleider (leraar of ervaren leerling) schudt de kaarten. Hij plaatst 12 kaarten open in drie rijen van vier kaarten. Deze 12 kaarten vormen de spelbasis. Als er tijdens het spel kaarten uit deze basis verdwijnen, worden er bij de start van de volgende speler verse kaarten van de voorraadstapel aan toegevoegd zodat er in de basis steeds 12 kaarten liggen. Naast deze 12 kaarten kunnen tijdens het spel tijdelijk één of meerdere kaarten bijkomen (zie later).
De eerste speler bekijkt de basis en probeert een “factor set” te vinden. Hoe meer kaarten deze set bevat, hoe meer punten de speler zal scoren (elke getal kaart scoort 1p en elke jokerkaart 2p). De begeleider geeft de speler aan beurt ongeveer 30 seconden om in actie te schieten. De speler mag ook meerdere sets opnemen (als ze maar allemaal aan de definitie voldoen). Verworven sets plaatst de speler op zijn eigen aflegstapel.
Neemt de speler aan beurt een foutieve set, dan moet hij die terug op tafel leggen en krijgt de speler die dit als eerste heeft opgemerkt drie kaarten van de aflegstapel van de speler aan beurt.
Als de speler aan beurt binnen de tijd geen set meent te herkennen, kan hij een extra kaart vragen.
Medespelers kunnen op dit ogenblik een uitdaging aangaan. Als de speler aan beurt een extra kaart vraagt, maar iemand is van mening dat er wel degelijk een set op tafel ligt, dan mag deze uitdager – buiten zijn beurt dus – één of meerdere sets aan zijn eigen aflegstapel toevoegen. Als geen enkele medespeler hierop reageert, plaatst de spelleider buiten de spelbasis een extra open kaart. Indien er nog steeds geen set ligt, wordt dit herhaald totdat de tijd verstreken is. De kaarten voor een set mogen zowel van de spelbasis komen als van de extra geplaatst kaarten rondom. Volgende spelers mogen zelfs sets nemen uit de extra kaarten. Enkel als er kaarten uit de spelbasis verdwijnen, worden ze aangevuld zodra de volgende speler aan de beurt komt.
Het opnemen van de kaarten behorende tot een set, moet op een bijzondere manier gebeuren: eerst neemt de speler de kaart die het product voorstelt en pas daarna de kaarten die de (priem)factoren voorstellen. De speler moet dit bovendien met één hand doen. Deze regel zorgt ervoor dat de medespelers heel goed kunnen volgen en rekenen.
De beurt van een speler eindigt als hij minstens één set heeft kunnen pakken waarvan minstens één kaart uit de spelbasis komt en hij geen andere sets meer ziet liggen. Hij roept “klaar” en de volgende speler komt aan de beurt. De beurt kan echter ook eindigen als een medespeler overneemt op het moment dat de speler aan beurt een extra kaart vraagt of een foute set verzamelt.
Als alle kaarten gespeeld zijn en de op tafel overblijvende kaarten geen “factor set” meer bevatten, eindigt het spel. De spelers tellen hun kaarten (joker telt voor 2) en de speler met de hoogste score wint het spel.
Commentaar:
Je moet het echt eens meegemaakt hebben. Alhoewel elke speler om beurt in actie komt, is de druk op iedereen heel hoog. Factor sets die uit meerdere kaarten bestaan scoren hoger maar de kans dat je een rekenfout maakt, stijgt ook. Alle medespelers zijn gemotiveerd om mee te denken en te zoeken, want bij een fout van de speler aan beurt kunnen ze overnemen en zo buiten hun eigenlijke speelbeurt toch extra kaarten verzamelen. Deze Prime Challenge bekoort en oefent het ontbinden van samengestelde getallen in factoren en priemfactoren heel goed in. Een juweeltje voor de wiskundeklas.
Het spelregelboekje bevat nog varianten om Solitair, Rummy en Canasta te spelen. Meer info te vinden op www.conceptualmathmedia.com
Aantal spelers 1-6 spelers
Speelduur 16' tot 45'
Leeftijdscategorie Vanaf 5 à 8j
Moeilijkheidsgraad moeilijker
Primepack