DouDou 2021

Spelregels:

Voorbereiding:
- Kies 1 puzzelstuk (of oplossingskaart) verdekt op tafel. Leg er het kussen op. Dit kussen toont waar de kaarten voor voorwerpen of knuffels kunnen aangelegd worden.
- Leg 7 aanwijzingskaarten open op tafel. Daarnaast wordt de nachttegel gelegd.
- De vijf fiches van de dieren worden aan één kant samen gelegd, de fiches voor de voorwerpen aan de andere kant. Leg de fiches met de afbeeldingen naar boven.

Spelen:
- Spelers spelen om beurt.
- Eén speler neemt een aanwijzingskaart (bv. teddybeer in bed) en past deze aan de oplossingskaart. Bovenaan/onderaan leg je de kaarten aan om te controleren of een voorwerp al dan niet juist is door het symbooltje van de 'maan' te passen. Aan de zijkanten van de kaarten pas je of de knuffel juist of niet is door de 'sterren' te passen.

Past het icoontje van de ster niet, dan weet je dat het niet de teddybeer is. Deze wordt weggelegd. Past het wel, dan leg je alle overige icoontjes van de knuffels weg. Hetzelfde doe je voor de voorwerpen. Zo kom je tot de oplossing van het juiste voorwerp en de juiste knuffel.

Is de kaart niet gevonden en is de enige kaart die overblijft de maankaart, dan zijn de spelers verloren. Konden ze voordien de knuffel en het voorwerp vinden, dan zijn ze gewonnen.

Door deductie kunnen de spelers zo afleiden welke knuffel zich in welk voorwerp in de kamer verstopt heeft. Als ze reeds vier knuffels konden uitsluiten, kunnen ze besluiten dat het de vijfde knuffel moet zijn. Dit inzicht draagt bij tot het ontwikkelen van probleemoplossende vaardigheden.
De binnenkant van het deksel is een miniatuurweergave van de kamer en kan gebruikt worden om de fantasie te laten werken, de spelers op verhaal te laten komen.

Het thema past heel erg bij de leefwereld van de kinderen, wie is er nu nog nooit zijn knuffel kwijt geweest? Lag die in de kast, bij de blokken, in bed,...?

Het aanleggen van de puzzelkaarten is voor de kinderen een magisch moment. Zeker als het klopt en op de kaart onder het kussen dan ook nog eens de juiste knuffel en voorwerp staat. Het is ook leuk om te zien dat ze het nog niet vertrouwen als het aan één kant niet aangepuzzeld kan worden, dan proberen ze nog eens de andere kant en nog eens.

Het puzzelen moet ofwel aan de bovenkant van de kaart gebeuren ofwel aan de zijkanten. De ster of de maan hebben niet echt een duidelijke link met het voorwerp of de knuffel. Dit moet je dus blijven herhalen. Als het puzzelen niet lukt, moeten ze één van de knuffels of de voorwerpen omdraaien en dus definitief uitsluiten, die link wordt moeilijker gelegd. Maar na enkele keren spelen gaat dat ook al vlotter.
We denken dat het spel dus wel onder begeleiding moet gespeeld worden.

Testgroepen:
- Heel graag gespeeld, altijd onder begeleiding. Waar moeten we aanleggen? Aan de ster of aan de maan, dat moet altijd begeleid worden.
- Wel een magisch moment op het einde, als ze de oplossing vinden. Mooi verrassingseffect.
- Konijn ziet er een beetje uit als een hond :-)
Super tof, heel magisch of het gaat passen en je het dan ook echt gevonden hebt.
Ook in eerste kleuter in de zorg. Tweede kleuter deed het op den duur ook zelfstandig.
In derde kleuter met anderstaligen; naar begrippen toe ook gespeeld.