Bron: Spellenlab
Alles in deze doos straalt de sfeer van het Kerstverhaal uit: grote houten pionnen die schapen, herders, ster, Koningen, Jozef en Maria, engel en kindje Jezus voorstellen. Rondom de doos wordt een soort kalender geschoven waardoor alle onderdelen achter een luikje zitten. De doos kan worden opgehangen en vanaf 1 december kan steeds een luikje geopend worden om de spanning tot en met Kerstdag op te bouwen. Ik schrijf bewust ‘kan’ want veel kinderen zullen wellicht niet kunnen wachten tot op Kerstdag zelf om het spel te spelen.
Op het speelbord worden alle ‘acteurs’ klaargezet. De Koningen staan klaar voor een lange reis. De herder houdt met zijn trouwe hond zijn kudde schapen in bedwang en Jozef en Maria vertrekken uit hun huisje richting stal. Naast het speelbord staan de Engel het kindje Jezus klaar en ligt er rij van 8 verdekte kaarten.
1 tot 8 kinderen moeten samenwerken om er voor te zorgen dat alle personages bij de stal aankomen. Wie aan de beurt komt, dobbelt en voert de bijbehorende actie uit. Als Jozef en Maria gedobbeld wordt, mogen twee kinderen beide figuren één plaatsje vooruit schuiven. De spelbegeleider leest dan een alinea voor van het Kerstverhaal dat achteraan het spelregelboekje voorkomt. Wordt de ster gegooid, dan moet de speler één van de acht verdekte kaarten omdraaien. Komt de tekening op de rugzijde overeen met de tekening waarop de ster op dat ogenblik ligt (eerste vakje van het parcours dat de Koningen moeten volgen), dan wordt de laatste Koning op dat vak geplaatst. Komt de figuur op de kaart niet overeen, dan wordt de kaart gewoon teruggedraaid en blijven de Koningen staan. Op deze wijze kunnen de Koningen zich stap voor stap verplaatsen tot aan de stal. Wordt een herdersstaf gedobbeld dan gaat de herder een stap richting stal. Maar de speler moet er wel voor opletten dat alle schapen en de hond nog steeds met elkaar verbonden zijn. Dit geldt ook voor als het schaap gedobbeld wordt: je mag een willekeurig schaap verplaatsen op voorwaarde dat de kudde geen geïsoleerde dieren bevat.
Beurt na beurt schuiven alle pionnen richting stal en wordt steeds een volgend stukje van het Kerstverhaal verteld. Wordt een afbeelding gedobbeld van een personage dat reeds aan de stal staat, dan mag de speler een zet naar keuze doen. Als Maria en Jozef reeds aangekomen zijn en hun afbeelding wordt opnieuw gedobbeld dan worden het kindje Jezus en de Engel geplaatst. Het kindje Jezus is nu geboren en de Engel vertelt iedereen dat het zover is.
Het spel eindigt als alle figuren aan de stal gearriveerd zijn.
Wij wisten reeds lang dat dit thema nog nooit eerder tot gezelschapsspel omgezet werd. Dat een coöperatief spel hier de meest logische aanpak zou voor zijn, is heel logisch. Je kan het je immers niet veroorloven dat Jezus tijdens een spelpartij niet zou geboren worden... Speltechnisch stelt dit concept natuurlijk niet zo veel voor, maar sfeer, materiaal en thema sluiten zo goed aan bij het Kerstverhaal dat we hier de auteur en de firma een dikke proficiat willen geven.