Bron: Spellenlab
Welkom in Yellowstone Park. De spelers doen een uitstapje doorheen het park dat op het speelbord afgebeeld is. Iedereen beschikt over dierenkaarten in verschillende waarden en kleuren. Tijdens het spel probeert elke speler zijn kaarten zo goed mogelijk uit te spelen op het speelbord en zo weinig mogelijk minpunten te verzamelen. Dat is echter niet zo eenvoudig.
Op de 56 kaarten staan dieren afgebeeld. Elke kaart bevat een cijfer (van 1 tot 7) en heeft een kleur (blauw, rood, groen of geel). Elke kaart komt dubbel voor. Het cijfer duidt aan op welke rij van het speelbord de kaart moet geplaatst worden. De kleur van de kaart is bedoeld om de kolom te bepalen. Alle kaarten van eenzelfde kleur moeten in dezelfde kolom gelegd worden en van elke kleur mag er slechts één kolom bestaan. Zodra een speler b.v. de ‘rode 5’ plaatst, bepaalt deze rode kaart de enige rode kolom. Elke andere rode kaart moet in dezelfde kolom gespeeld worden. Enkel als er geen enkele rode kaart meer zou liggen, mag een andere rode kolom opgestart worden.
Een belangrijk begrip in dit legspel is het ‘3x3-raster’. Bij het begin van het spel wordt één willekeurige kaart op het speelbord gelegd. Deze kaart bepaalt een zone waarbinnen elke volgende kaart gespeeld moet worden. De volgende spelers kunnen nu zonder risico hun volgende kaarten plaatsen binnen een 3x3-raster bepaald door beide kaarten. Zolang elke volgende uitgespeelde kaart binnen een aansluitend 3x3-raster ligt, spelen de deelnemers op veilig. Dat kan vanzelfsprekend niet blijven duren. Ooit zal iemand, door zijn handvoorraad, een kaart moeten spelen dat buiten zo’n raster ligt. In dat geval plaatst hij zijn kaart, bepaalt een nieuw 3x3-raster waarbinnen zijn nieuwe kaart ligt en moet alle kaarten die buiten dat nieuwe raster liggen bij zich nemen. Dit stapeltje teruggenomen kaarten vormt zijn minstapel.
Wie aan de beurt komt, speelt één of twee kaarten uit. Essentieel in dit spel is het systeem om op het einde van je beurt al dan niet kaarten in je hand bij te nemen. Of en hoeveel kaarten een speler op het einde van zijn speelbeurt mag nemen, hangt af van het aantal kaarten dat hij heeft uitgespeeld en het aantal kaarten dat hij dan nog in zijn hand over heeft:
Als de speler nog minstens één kaart in de hand heeft en precies één kaart heeft uitgespeeld, dan mag de speler geen enkele kaart bijnemen. Heeft hij twee kaarten uitgespeeld, dan mag de speler van de voorraadstapel terug aanvullen tot zes handkaarten of de speler mag ook beslissen om zijn handvoorraad niet aan te vullen.
Als de speler geen enkele kaart meer in de hand heeft, onafhankelijk of hij nu één of twee kaarten heeft gespeeld, dan moet de speler kiezen: hij neemt zes nieuwe kaarten van de voorraadstapel of hij mengt zijn verdekte stapel verzamelde minkaarten en trekt er zes kaarten uit. Dit kan enkel als er minstens zes minkaarten voorradig zijn! De overige minkaarten blijven voor de speler liggen. Dit is dus een tactiek om je voorraad minkaarten te verminderen zodat je minder minpunten ontvangt bij de eerstvolgende waardering.
Telkens de laatste kaart van de stapel genomen wordt, onderbreekt het spel eventjes. Elke speler telt nu zijn verzamelde minkaarten. Elke kaart telt voor één minpunt. De speelstenen van de spelers schuiven per verzameld minpunt evenveel plaatsen op.
Alle kaarten van alle minstapels worden nu samengenomen, verdekt gemengd en terug als verdekte voorraadstapel naast het speelbord klaargelegd. Elke speler behoudt zijn handkaarten. Het spel gaat verder met de volgende speler (linker buur).
Het spel eindigt, zodra na een waardering de speelsteen van een speler op of over veld ‘35’ van de puntenschaal geschoven werd. Winnaar wordt de speler die op dat moment het verst achterop staat.
Het is merkwaardig om te zien hoe de dieren (kaarten) zich in groep over het speelbord bewegen. De auteur heeft een technisch kaart-legspel prima omgezet in een thema. Vanzelfsprekend is elke speler beperkt door zijn handvoorraad. Als je kleinste kaart b.v. de waarde 5 heeft en de groep kaarten ligt in rij 1-2-3 dan ben je wel verplicht om veel minkaarten te verzamelen, tot grote vreugde van je medespelers.
Dit eenvoudig kaartspel wordt heel graag als tussendoortje of als opwarmertje tijdens onze spelavonden gespeeld. Het is zo’n spel dat we altijd bij ons hebben om eens een halfuurtje op te vullen of aan nieuwe, minder ervaren spelers voor te leggen.