Bron: Spellenlab
Time is Money: dat weten we, maar hoe werkt dit in dit spel?
Het idee is heel eenvoudig: bij je speelbeurt heb je een vastgestelde tijd (10 sec tijdens de eerste beurt, 20 sec bij de tweede en 30 sec bij de derde beurt) om de dobbelstenen te gooien, overeenkomstige bankbiljetten te nemen uit de voorraad, opnieuw de dobbelstenen te gooien, enz. totdat je beslist om te stoppen. Klein maar niet onbelangrijk detail: je mag niet naar de timer kijken om in te schatten hoeveel tijd je nog over hebt en je moet een boete betalen indien je niet alle beschikbare seconden hebt opgebruikt of als je er te veel hebt nodig gehad. Dat betekent dat je snel moet spelen, geen fouten mag maken bij het nemen van de bankbiljetten en ondertussen de seconden moet tellen in je hoofd.
De zes speciale dobbelstenen tonen combinaties van verschillende waarden die ook op de bankbiljetten voorkomen (10, 20, 30 ,40, 50 en 60). Drie dobbelstenen hebben een ‘+’ i.p.v. een ‘10’. Als de speler aan beurt begint, start een medespeler de elektronische stopwatch (een heel leuk hebbedingetje dat je ook voor vele andere spellen kunt gebruiken...). Nu heeft de speler exact 10 seconden de tijd om de dobbelsteenworp te bestuderen en overeenkomstige bankbiljetten te nemen. Voor alle waarden die slechts op één dobbelsteen voorkomen, mag hij één biljet met dezelfde waarde nemen. Voor waarden die op meerdere dobbelstenen voorkomen, mogen geen bankbiljetten genomen worden. Elke dobbelsteen met een ‘+’ kan je beschikbare tijd met 5 seconden verlengen. Maar dan is deze dobbelsteen geblokkeerd en kan niet meer gebruikt worden tijdens deze speelbeurt. Je moet ze dan ook duidelijk opzij leggen (waardoor je wat tijd verliest... en toch weer bijwint...). Als de speler denkt dat hij tijdens deze eerste ronde nog tijd over heeft, mag hij de dobbelstenen nog eens gooien en weer gepast geld nemen. Als hij denkt dat zijn beschikbare tijd opgebruikt is (met eventuele 5 bonusseconden), roept hij duidelijk ‘stop’. Heeft de speler effectief precies de gegeven tijd gebruikt, krijgt hij een bonus van 60 miljoen. Voor iedere seconde die hij te veel heeft gebruikt, betaalt hij een boete van 20 miljoen en voor iedere seconde die hij te weinig heeft gebruikt, betaalt hij een boete van 10 miljoen.
De dobbelstenen worden doorgegeven en zo komt elke speler aan de beurt. Vervolgens wordt het spel nog een tweede en derde ronde gespeeld waarbij de spelers nu over 20 en 30 seconden basistijd beschikken.
Daarna telt iedereen zijn geld om de winnaar te bepalen.
‘Time is Money’ kent heel eenvoudige spelregels, speelt simpel maar biedt een heel aparte speelsfeer. Iedereen is betrokken bij het controleren van de genomen bankbiljetten. Het is niet makkelijk om inwendig te seconden te tellen, terwijl je ook nog eens de dobbelsteencombinaties moet bestuderen en rekening houden met eventuele extra 5 seconden. Jammer dat het plusteken niet zo goed opvalt op de gele achtergrond, een kleur die ook voorbehouden werd voor de waarde ‘10’.
Als opwarmertje, tussendoortje of afsluiter voor een spelavond biedt ‘Time is Money’ dezelfde sfeer die we kennen van o.a. ‘Last Chance’. De bezetting maakt niets uit: het speelt evengoed met 2 als met 5 spelers. Kinderen en volwassenen door elkaar is ook geen enkel probleem. Kortom: wie op zoek is naar een spel met weinig uitleg en veel speelplezier moet niet langer wachten, want... tijd is geld.