Paartjes-Kwartet 2003

Dit doosje bevat 72 kaarten, bestaande uit 18 reeksen van 4 bij elkaar horende kaarten. Een voorbeeld: 4 kaarten bevatten de illustratie van een stoel en tonen onderaan de letters 's' of 't' of 'oe' of 'l'. Deze vier kaarten horen vanzelfsprekend bij elkaar. Alle kwartetten bestaan uit drie medeklinkers en één klinker of klinkercombinatie (oe, aa, ui, oo,...).
Het spelverloop wijkt een beetje af van een klassiek kwartet-vragenspel. Bij aanvang krijgt elke speler vier kaarten en de overige kaarten worden als verdekte stapel in het midden gelegd. Wie aan de beurt komt, stelt een vraag naar een combinatie aan een medespeler. Als die de gevraagde kaart bezit, moet hij die afgeven en mag de speler aan beurt verder blijven vragen. Als de medespeler de bewuste kaart niet bezit, moet de vragensteller een extra kaart van de stapel nemen. Wie uiteindelijk het grootst aantal kwartetten verzamelt, wint het spel.
De firma vermeldt een doelgroep van 6 tot 9 jaar en suggereert om zeker niet met minder dan drie spelers te spelen. Dat is correct. De illustraties zijn duidelijk en verwijzen goed naar het bijbehorende woord uit vier lettercombinaties. Kinderen moeten echt goed nadenken om de ontbrekende letters te verzamelen. Je hebt niet steeds de eerste letter als eerste kaart van je kwartet. Inzicht in woordbouw wordt dus goed ingeoefend.
(ISBN: 90-5838-166-8)