Bron: Spellenlab
De wereldkaart waarop gespeeld wordt is vakkundig aangepast en verdeeld in tien regio’s die met dikke witte lijnen (die jammer genoeg niet overal genoeg opvallen tijdens het spelen) van elkaar gescheiden zijn. Bovenop dit alles is een rasterwerk van zeshoekjes getekend waarover de zes reizigers zich zullen bewegen. Hoofdbedoeling van dit spel bestaat erin een wereldreis te maken (van Frankfurt naar New York en terug) en daarbij de meeste punten te verzamelen. Deze punten zijn eigenlijk jobs die uitgevoerd worden om de reis te financieren. Hiervoor liggen in elke regio 4 tot 7 jobstenen met waarden van 1 tot 6 (de 2 komt dubbel voor). Welke en hoeveel stenen geplaatst worden bij het begin is afhankelijk van het aantal deelnemers. Let wel: de stenen liggen bij elk spel op dezelfde startposities! Tijdens de heenreis moet elke speler de tien regio’s passeren en één of twee jobstenen ophalen. In New York wordt dan de som gemaakt en de score genoteerd. Daarna wordt de terugreis aangevat waarbij dezelfde plaatsen gepasseerd moeten worden en de jobstenen verdekt terug geplaatst worden. In Frankfurt mag een speler maximaal 3 jobstenen overhouden. Deze tellen dan als minpunten. Alleen omdat de volgorde van aankomst de score beïnvloedt, zal een speler dit (eventueel) doen.
Langs welke route een speler reist, mag hij volledig zelf beslissen. Een pion mag bij elke zet in een van de zes mogelijke richtingen zover verplaatst worden als gewenst. Afbuigen is daarbij niet toegestaan. Meestal zal per beurt slechts één beweging mogelijk zijn omdat de auteurs het speelbord heel vakkundig opgebouwd hebben. Naar een andere regio overgaan kan enkel na het bereiken van een grensovergang of een haven. De pion wordt dan direct naar de andere regio verplaatst en mag daar dan verder lopen. Telkens als een pion op een jobsteen terecht komt, moet deze weggenomen worden. De laatste manier om van regio te veranderen is het nemen van het vliegtuig. In acht van de tien regio’s (start- en doelregio uitgezonderd) is een luchthaven aanwezig. Wie daarop komt mag zijn pion naar een ander vliegveld naar keuze verplaatsen maar mag daar pas bij zijn volgende beurt verder reizen.
Bij elke beurt komt het er dus op aan goed uit te kijken via welk parcours een interessante steen kan opgehaald worden of welke de vlotste weg is om van regio te veranderen. Daar jobstenen en vreemde pionnen als hindernis fungeren, maakt dit het spel nog aantrekkelijker. Vooral bij de terugreis wordt het uitkijken.
Om het geheel nog interessanter te maken, hebben de auteurs ook enkele actiekaarten bijgevoegd. Elke speler krijgt er 6 bij de start en 2 in New York. Met deze kaarten kan een speler de anderen hinderen of zichzelf met een dubbele beurt vooruithelpen. Jammer genoeg zijn niet alle kaarten even krachtig. Aan te raden is om de kaarten waardoor een andere speler een steen terug moet plaatsen (of wegnemen bij de terugreis) uit het spel te halen. Hierdoor is het spel veel evenwichtiger en aangenamer.
‘Weltenbummler’ is een knap spel vol mogelijkheden en strategie. Vooral met meerdere spelers is het leuk want dan liggen meer jobstenen op het bord.
Liefhebbers van spellen waarbij rondgelopen wordt om punten te verzamelen, moeten deze doos zeker opsporen!