Wörtersee 1998

Een grote ronde blauwe schijf met 37 gaatjes vormt het speelbord. Daarnaast zijn er 49 letterschijfjes voorhanden: 14 klinkers, 26 medeklinkers en 9 extra medeklinkers voor de Engelse versie van dit spel.
Voor elk spel worden de gaatjes gelijkmatig opgevuld met klinkers en medeklinkers. (Het systeem dat daarvoor bedacht werd - de schijfjes eerst verdekt leggen en daarna alles in één vlotte beweging omdraaien - is enkel iets voor handige lui…) De zandloper wordt omgedraaid en het zoeken kan beginnen.
Iedereen zoekt tegelijkertijd in de ‘letterzee’ naar - liefst zo lang mogelijke - woorden. Vindt iemand een woord, dan markeert hij dit door tussen de eerste twee letterschijfjes een bootje van zijn kleur te plaatsen. Hierdoor mag deze gemarkeerde lettercombinatie door niemand meer gebruikt worden als startcombinatie. Alle letters van het gevonden woord moeten daarbij logischerwijs ook steeds aangrenzend voorkomen in de letterzee. Is de tijd verstreken, wordt nagekeken of alle gevonden woorden voldoen aan de voorwaarden en worden de letters geteld. Dit aantal geeft de puntenwaarde aan. Het spel wordt in vier ronden gespeeld.
Het spelregelboekje vermeldt enkele interessante varianten: de speelduur kan verlengd worden (twee of drie zandlopers), sterke spelers moeten een ‘zandloper’ wachten en hebben minder zoektijd, er kunnen blanco’s ingebracht worden als jokerschijfjes, enz.
Een aangepaste letterset maakt het spel ook in de Engelse taal speelbaar. Daarbij komen enkele minder frequente letters in het spel: J, Q, Y, T, C, Y, H, U en X. De basisset levert voor het Nederlands weinig problemen op.
Leuke variant op een bekend thema. De doos vermeld 8 jaar als minimumleeftijd. Wij opteren om pas op latere leeftijd te starten met dit spel. Reden? De lettertjes liggen vanuit elk standpunt niet alleen kris kras door elkaar maar liggen daarbij ook schots en scheef of onderste boven. De vlotte leesbaarheid - een basisvoorwaarde om dit spel goed te kunnen spelen - is daardoor niet voor elke speler zo evident.