Bron: Spellenlab
Vier kleine biggetjes dartelen rond in de groene wei. Allemaal willen ze het liefst zo veel mogelijk klavertjes vier mee naar huis nemen.
Het speelbord toont een weide met een ringvormig parcours. Elke biggetje heeft zijn startveld. De biggetjes zijn in volle Haba-traditie weer schitterend uitgewerkt in hout. Zelfs hun oortjes kunnen bewegen. In het midden van de weide liggen 24 klavertjes vier te wachten (ook mooi in hout uitgevoerd).
Wie aan de beurt komt, dobbelt. Je mag nu kiezen: ofwel wandelt je eigen biggetje evenveel velden vooruit als de dobbelsteen aangaf, ofwel pak je een klavertje vier en legt dat in de kruiwagen (tekening op speelbord) van je biggetje. Komt je biggetje op een veld bezet door een ander biggetje, dan stuur je dat andere biggetje terug naar zijn kruiwagen en steel je de klavertjes vier die in zijn kruiwagen liggen.
Heeft je varkentje het parcours helemaal rondgelopen en staat het terug op het gekleurde startveld naast zijn kruiwagen dan mag je de klavertjes vier die je tot nog toe verzamelde in veiligheid brengen (door ze voor je op tafel te leggen - ze zijn dan veilig). Maar je kan evengoed beslissen om eerst nog een rondje te lopen. je bent dus niet verplicht om na elke ronde je verzamelde klavertjes vier in veiligheid te brengen.
Als er zowel in de weide als in de kruiwagentjes geen klavertjes vier meer liggen, eindigt het spel. Wie nu de meeste klavertjes vier in veiligheid kon brengen, wint het spel.
Alhoewel een eenvoudig mechanisme, speelt dit spel erg vlot. Het blijft voor de kleuters spannend om te zien of hun biggetjes ingehaald worden of niet en of ze op tijd hun verzamelde klavertjes vier in veiligheid kunnen brengen.