Bron: Spellenlab
De doos bevat 16 takken en 25 blaadjes in hout. De grote stam wordt op de sokkel gestoken. Door de stam iets meer of minder onderaan de sokkel te laten uitkomen kan vooraf bepaald worden in welke mate de boom kan wiebelen.
Alle spelers krijgen een gelijk aantal onderdelen. Wie aan de beurt komt, probeert met één hand een tak of een blad in één van de openingen van de steeds groeiende boom te stoppen. Alles wat eventueel van de boom valt, moet bij de eigen voorraad gelegd worden. Wie het eerst al zijn takken en blaadjes in de boom kan steken, wint dit behendigheidsspel.
Dit lijkt heel eenvoudig. Tot je er aan begint. De groeiende boom beweegt immers op zijn wankele sokkel. Nochtans ontstaat steeds opnieuw een waar kunstwerk waarvan iedereen zegt dat het nu toch wel onmogelijk wordt om verder te bouwen.
Soms doet het spel denken aan die andere klassieker “Bausack” of zelfs “Jenga”. De uitvoering hier is echter bijzonder. Frisse groene houten blaadjes en blank onbehandeld hout voor stam en takken geven dit spel een duidelijker thema. Origineel.