Bron: Spellenlab
Spelidee
De spelers lenen geld uit aan vijf edelen. Als tegenprestatie ontvangen ze privileges die hen kunnen helpen om hun sociale welstand en waardigheid te vergroten. De speler die aan het einde van het spel de meeste prestigepunten bezit, wint het spel.
Spelverloop
Het spel verloopt, afhankelijk van het aantal spelers, over 4 tot 7 rondes. Iedere ronde is onderverdeeld in 2 fases:
Fase 1
In eerste instantie 'bezoeken' de spelers gezamenlijk de vijf edelen, de een na de andere. Dit 'bezoek' wordt altijd begonnen bij Philip, daarna Louise, dan Leo, dan Maria en tot slot ook Maximiliaan.
Het betreft hier een veiling. Bij de eerste vier personen probeert men met overeenkomstige schuldbrieven (= kaarten) de veiling te winnen. Er bestaan geen schuldbrieven voor Maximiliaan. In plaats daarvan kunnen voor deze edele alle schuldbrieven in een willekeurig aantal en samenstelling worden geboden. Maar ook voor Maximiliaan is een bod dat alleen uit jokers bestaat niet toegelaten.
De speler die de veiling wint, kiest een privilegekaart en voert twee van de drie afgebeelde acties uit.
Fase 2
Vervolgens ontvangen de spelers geld, schuldbrieven en de spelbepalende prestigepunten.
Voorbereiding van het spel:
Bij het begin van het spel krijgen alle spelers een startkapitaal van 1500 gulden, twee jokerkaarten, een speelsteen in hun kleur om de gewonnen prestigepunten aan te duiden op de prestigetabel en een ontwikkelingsbord dat 3 verschillende categorieën toont:
- geel: handel (symbool: munten)
- oranje: adelstand (symbool: ereteken)
- paars: ambt (symbool: banderol)
Onder de drie symbolen bevinden zich de vakken voor de zogenoemde niveaukaartjes, die de maatschappelijke promotie aantonen in dit specifieke bereik. Aan het begin van het spel bevindt iedere speler zich op niveau 1.
Tevens krijgt iedere speler zeven kaarten (schuldbrieven) met een waarde van 1 tot 17 en een aankoopprijs tussen 200 tot 400 gulden.
Vooraleer men een veilingronde start moeten de spelers met hun kapitaal enkele van deze kaarten aankopen.
Op de rugzijde van de kaarten staat eveneens de prijs aangegeven zodanig dat de medespelers kunnen nagaan of de juiste prijs wordt betaald.
Het spelen zelf
De startspeler begint met het bieden van een aantal kaarten. De volgende speler heeft nu de mogelijkheid om te
- Passen betekent dat een speler voor de rest van deze veiling bij deze edele niet meer deelneemt. Hij behoudt zijn kaarten maar ontvangt niets.
- Evenaren betekent dat de speler hetzelfde aantal kaarten als de voorganger biedt.
- Verhogen betekent dat de speler minstens één kaart meer biedt dan de voorganger.
Het bijzondere aan dit soort veiling is dat door het evenaren van het bod de speler die het eerste bod deed niet de mogelijkheid heeft om zijn eigen bod te verhogen. Is er geen enkele speler die het bod verhoogt dan worden de kaarten gelijktijdig op tafel gelegd en wint die speler die de duurste kaart (waarde 17) heeft gespeeld.
De winnaar legt zijn geboden schuldbrieven op de aflegstapel. De andere spelers nemen hun kaarten terug in de hand. Bovendien ontvangen maximaal twee van hen, als schadevergoeding, omdat ze met lege handen achterblijven nog een beetje geld van de bank. De speler die als eerstvolgende de veiling zou hebben gewonnen, ontvangt 100 gulden van de bank. De speler die als daaropvolgende de veiling zou hebben gewonnen, ontvangt 50 gulden van de bank. Alle andere spelers blijven met lege handen achter.
De speler die een veiling wint, neemt meteen een open privilegekaart naar keuze en voert deze kaart uit. Van een privilegekaart mag men echter maar twee van de drie aangeboden privileges (in een volgorde naar keuze) uitvoeren.
Privileges moeten onmiddellijk worden uitgevoerd, men kan ze niet opsparen voor latere veilingen of voor een volgende ronde. Men mag echter wel privileges laten vallen. Een speler die dat doet, mag per niet gebruikte privilege 2 prestigepunten oprukken op de scoretabel.
Er zijn twee soorten privilegekaarten:
- de bijzondere -
“De speler ontvangt 500 gulden van de bank”
“De speler mag met zijn telsteen 6 of 7 prestigepunten oprukken op de scoretabel.”
“De speler neemt de bovenste twee kaarten van de voorraadstapel in de hand” Daarna moet hij één van zijn handkaarten naar keuze open op de aflegstapel leggen
- de gewone -
Elk van deze privileges kan op twee manieren worden gebruikt. Ofwel neemt de speler in de desbetreffende categorie het eerstvolgende hogere niveaukaartje of de speler neemt een rechtkaartje (niet mogelijk voor de categorie handel).
Niveaukaartje
De speler neemt het kaartje van het eerstvolgende hogere niveau uit de vitrine (naast het speelbord) en legt dit op het desbetreffende veld van zijn ontwikkelingsbord.
Rechtkaartje
Afhankelijk van het niveau waarop zich een speler in een bepaalde categorie bevindt, mag hij, in plaats van een bepaalde privilege van zijn kaart te benutten om in deze categorie te stijgen, ook één van deze rechtkaartjes van de desbetreffende categorie uit de vitrine, naast het speelbord, nemen en op zijn ontwikkelingsbord op de desbetreffende plaats leggen.
Vanaf dat moment kan hij de functie van dit rechtkaartje benutten.
Het bouwen van een kerk of respectievelijk een kathedraal heeft een spelbepalende betekenis omdat een speler het veld 25 op de scoretabel maar pas mag overschrijden als hij een kerk heeft gebouwd.
Precies zo mag een speler het veld 45 maar pas overschrijden als hij een kathedraal heeft gebouwd.
Fase 2: Geld, prestigepunten en schuldbrieven
Na de vijf veilingen komen we in de tweede fase. De spelers ontvangen:
- geld
- prestigepunten
- schuldbrieven
Geld: iedere speler ontvangt zoveel geld van de bank als zijn hoogste handelsniveau aangeeft (dus 600, 900, 1.200 of 1.600 gulden)
Prestigepunten: iedere speler ontvangt zoveel prestigepunten als zijn hoogste adelstandniveau aangeeft (dus 3, 5, 8 of 12 prestigepunten)
Schuldbrieven: iedere speler ontvangt verdekt (met de rugzijde naar boven) zoveel schuldbrieven van de voorraadstapel als zijn hoogste ambtsniveau aangeeft (dus 4, 5, 6 of 1 + 6 kaarten)
De volgende ronde
De rondeteller wordt één veld verder naar rechts verplaatst. De andere 5 privilegekaarten worden blootgelegd en klaargelegd. Het eerste bod van de eerste veiling (Philip) van de nieuwe ronde wordt gedaan door de speler die de laatste veiling (Maximiliaan) van de vorige ronde heeft gewonnen.
Einde van het spel
Het spel eindigt bij 2 spelers na 4 rondes, bij 3 spelers na 5 rondes, bij 4 spelers na 6 rondes en bij 6 spelers na 7 rondes. De speler die op dat moment de meeste prestigepunten bezit, wordt de winnaar van het spel.
Bij een gelijke stand wint van die spelers de speler die de meest waardevolle kathedraal heeft gebouwd (of respectievelijk de meest waardevolle kerk als niemand van hen een kathedraal heeft gebouwd)
Beoordeling:
Augsburg 1520 is een vlot en aangenaam spelend veilingspel waarbij “het evenaren van het bod” de mogelijkheid om de veiling te stoppen leuk gevonden is. Dat twee verliezende bieders een kleine compensatie krijgen is tevens een goed gevonden idee, waardoor er toch geld kan ontvangen worden. Geld dat broodnodig is om naast het aanschaffen van kaarten ook onontbeerlijk is om een kerk of kathedraal te bouwen. Zonder een van deze twee blijft men immers hopeloos vaststaan op de prestigetabel. De clerus heeft ook hier weer een vinger in de pap.
Heb het voorlopig slechts tweemaal gespeeld en mijn eerste indruk is dat het duidelijk boven het gemiddelde gezelschapsspel uitstijgt maar toch geen absolute topper is.