Als kerstgeschenk voor vrijwilligersorganisatie "Wijkbus Groot-Scheveningen" werd deze doos in een oplage van 80 stuks uitgebracht. Daarnaast werden 20 stuks voor vrienden van de auteur Fred Horn gemaakt. Met de inhoud van de doos kunnen 3 verschillende spelen worden gedaan, Strike, Fianco en Renpaarden.
Fianco is Italiaans voor flank. De beginopstelling van Fianco (zie foto 3) van dit spel laat zien waar deze naam vandaan komt. In het spel zijn met name de flanken belangrijk. Het doel is om met één steen aan de overkant te komen. De stukken gaan 1 vooruit of 1 opzij (nooit achteruit) en bij slaan mag er maar één stuk per beurt worden verplaats door het stuk in diagonale richting vooruit te plaatsen naar een vrij veld achter de plaats waar een stuk van de tegenstander staat. Dit wordt geslagen en van het bord genomen. Per keer (beurt) kan maar 1 stuk geslagen worden en slaan is verplicht.
Bij Strike dienen de eerste 5 zetten van de spelers om hun hoofdfiguren te maken vanuit de beginpositie op foto 2 en 5. Per zet wordt een stuk bovenop een naastliggend stuk gezet. Waar precies is ter beoordeling van de speler. Na 5 zetten heeft elke speler dan 19 gewone stukken; 3 raadsheren (2 op elkaar); 1 koning (3 op elkaar). deze situatie is weergegeven op foto 6. Er is dus geen gefixeerde beginstand. Een geslagen Raadsheer kan in een volgende beurt opnieuw worden gemaakt (niet verplicht zoals bij de Koning) , maar uitsluitend in de volgende beurt en slechts één Raadsheer, ook als er meer geslagen waren.
Bedoeling van het spel is de koning van de tegenpartij te slaan, waarbij slaan (verplicht) gaat door overspringen, zoals alle slagzetten. Echter als de koning geslagen wordt moet de speler een nieuwe koning maken van een enkele steen en een naastliggende raadsheer. Alleen als hij dat niet meer kan is het spel verloren.
Foto 5 en 6 tonen een exemplaar met metalen stukken dat nooit in productie is genomen.
Foto 7: Zetmogelijkheden van de stukken.
Foto 8: Slaan door de Koning.
Renpaarden is een Halma-variant waarbij de stukken springen als de paarden bij schaken. De startpositie is als op foto 4. Door handig gebruik te maken in je zet van de stukken van de tegenstander -als je daarop eindigt mag je doorspringen- proberen de spelers als eerste hun paarden op de startvelden van de tegenpartij te krijgen.
Collectie Fred Horn, Vlaams Spellenarchief te Brugge