Het verkeer en ik 1987

Het materiaal is eenvoudig: 26 kaarten met elk een specifiek verkeersbord (met telkens wat uitleg erbij) en evenveel kaarten met een tekening van een verkeerssituatie waarin die verkeersborden voorkomen. Op deze manier komt elk verkeersbord op twee verschillende kaarten voor.
Wat kun je nu met dit materiaal doen? Eigenlijk niet zo veel als je de spelregels leest. De auteur(s) vermelden maar twee klassieke spelvormen: enerzijds een memory en anderzijds zwartepiet. Voor dit laatste spel is dan ook een extra kaart als zogenaamde ‘zwartepiet’ bijgevoegd.
Bedoeling van dit alles is heel eenvoudig: het inprenten van de opgenomen verkeersborden. Het enige creatieve aspect van dit spel is dat de duo’s van bij elkaar passende kaarten telkens uit twee verschillende kaarten bestaan.
Als je dit spel in een of andere klas gebruikt, vind je wellicht zelf nog nieuwe werkvormen om met dit materiaal om te gaan.
Opmerking: dit spel werd bedacht na de invoering op 1 november 1991 van heel wat nieuwe verkeersregels en verkeersborden.