Bron: Spellenlab
Leg de stapel getallen gedekt op tafel.
Leg de stapel actiekaarten gedekt op tafel en draai er drie open.
In elke beurt trek je twee cijferkaarten van de stapel en bekijk je één. Je kiest of je beide opendraait in jouw rij of je beide doorgeeft. Je kiest telkens een speler die de kaarten nog niet eerder doorgaf. Elke speler kan hetzelfde doen, tot ze in een rij gelegd worden of tot een speler ze krijgt die de kaarten niet meer mag doorgeven . Deze speler moet de kaarten aan zijn rij toevoegen.
Wanneer je door het toevoegen van twee kaarten een duo gelijke kaarten in je rij bekomt, mag je deze gedekt omdraaien. Deze zullen op het einde 0 punten opleveren.
Wanneer je door het toevoegen van twee kaarten drie opeenvolgende waardes bekomt, mag je een actiekaart kiezen.
Vul daarna terug aan tot drie open gedraaide actiekaarten.
Bij het toevoegen van twee kaarten moet je altijd eerst een duo kaarten omdraaien!
Een ronde eindigt als een of meer spelers 10 of meer kaarten hebben liggen (inclusief gedekte kaarten). Elke speler telt de waardes van de kaarten op en noteert deze.
Wie het hoogste aantal kaarten in zijn rij heeft, mag 10 punten aftrekken. Wie het minst aantal kaarten in zijn rij heeft, moet 10 punten optellen.
Het spel eindigt als een speler 77 of meer punten heeft aan het eind van een ronde.
De speler met het laagste aantal punten is de winnaar.
Verrassend spel waarbij je eigen keuzes moet afwegen, kijken naar de kaarten van tegenspelers en zo tactische beslissingen moet nemen. De puntentelling houd je best ook in je achterhoofd tijdens het spelen.