Bron: Spellenlab
De spelers krijgt een doosje met daarin een stapel kaarten en een houten pen. In het doosje zitten gaatjes waarin de pen past. Dit is ook zo bij de kaarten. De speler bekijkt de opdracht van de voorste kaart en lost deze op door de pen in het gaatje van de oplossing te schuiven. Kan de voorste kaart daarna uit het doosje geschoven worden? Dan is de oplossing juist. Lukt het niet, dan moet de speler op zoek naar een andere oplossing. De gemaakte kaart wordt steeds achteraan geschoven in het doosje.
In het spel worden vormen, verschillen en gelijkenissen, logisch denken, tellen geoefend, tell. Het is een startersset en bevat dus het doosje om te spelen. Er zijn ook meerdere aanvulsets met kaarten.
De set is eerder duur. Een startersset kost 15 euro, een aanvulset 10 euro. Een kleuter is heel rap door de kaarten heen. Eénmaal gespeeld is het niet zo uitdagend om nog eens te spelen. In een klas is dit dan duurzamer doordat verschillende kleuters hetzelfde spel kunnen spelen.