Genius 2004

Uitgever:
Auteur:
Land van oorsprong:
Beschikbare talen:
Richtprijs:
€ 30
Bron:
Spelers leggen een soort zeshoekige dominostenen aan elkaar om in alle mogelijke richtingen zoveel mogelijk punten te scoren in verschillende kleuren. Maar je eindscore wordt bepaald door je zwakste kleur.

Omschrijving

Bron: Spellenlab
Je moet het maar aandurven om je spel deze heel opmerkelijke titel mee te geven. Als speler word je onmiddellijk uitgedaagd maar ben je toch extra op je hoede. Wie anders dan Reiner Knizia durft zoiets? Na een grondige test met 2, 3 én 4 spelers moeten we trouwens direct meegeven dat hier van geen overdrijving of misplaatste eigendunk sprake is... Het spel heeft zijn naam niet gestolen!
Zowel het doel als het spelverloop zijn heel eenvoudig en toch is er grote diepgang terug te vinden. Heel veel hangt hierbij natuurlijk af van het gestelde doel. Typisch voor Knizia is het niet de best scorende maar (opnieuw) de minst opgeschoven kleur die beslist over winst of verlies! Alleen wie al zijn kleuren weet te verschuiven en dat bovendien tactisch aan boord legt, heeft uitzicht op de overwinning.
Het speelbord is primitief maar erg duidelijk. De grote zeshoek is op zijn beurt verdeeld in 91 kleinere (witte) zeshoekjes. Op elk van de hoeken staat een voorgedrukt kleurveld. Dit zijn als het ware de startvelden voor dit legspel. Wordt met drie spelers gespeeld, dan wordt ook de lichtgrijze rij velden gebruikt. Bij vier spelers wordt dan het volledige speelbord (163 velden + 6 kleurvelden) gebruikt.
De 120 speelstenen zijn ook erg eenvoudig en vormen elk twee aan elkaar hangende zeshoeken. Elke steen past zo precies op twee aangrenzende vakjes van het speelbord. Op elke steen staan twee kleuren afgebeeld. Elke kleur heeft bovendien een eigen symbooltje waardoor ook spelers die moeilijker de kleuren kunnen onderscheiden vlot kunnen meespelen. Alle combinaties komen precies evenveel keer voor. Alleen stenen met twee gelijke kleuren komen elk één keer minder voor.
Bij de start beschikt elke speler over 6 stenen die hij verdekt voor zich in zijn rekje plaatst. Wie aan de beurt komt, kiest een steen uit en legt deze op een vrij te kiezen maar wel aansluitende plaats op het bord. Alleen in de eerste ronde moet elke speler zijn eerste steen bij een verschillend startveld leggen, daarna is de keuze totaal vrij. Na het leggen wordt de score berekend en door elke speler apart op het eigen scorebordje aangeduid. Vanuit elk deel van de geplaatste steen wordt nagekeken hoeveel aangrenzende velden van die kleur aanwezig zijn. Daarbij wordt telkens in (maximaal) vijf richtingen gekeken of de kleur voorkomt en zelfs verder doorloopt. Je trekt zo als het ware vijf denkbeeldige lijnen vanuit elke kant van de speelsteen en telt alle vakjes van de aanwezige kleur die in een rechte lijn direct - dit wil zeggen zonder dat een vreemde kleur ertussen ligt - met de geplaatste steen verbonden zijn. In het begin is deze score meestal (erg) klein maar deze kan tijdens het spel toch aardig oplopen. Daar beide kanten apart geteld worden, zal dus meestal voor twee verschillende kleuren gescoord worden. Werd een steen met twee identieke kleuren geplaatst, dan gaat natuurlijk alleen het scoreblokje van die kleur vooruit. Bereikt de scoresteen van een kleur hierbij de rechterrand van het scorebord (dit is vak 18), dan krijgt deze speler direct een extra beurt. Deze spelregel is heel belangrijk in de eindfase. Wie er tijdens het spel dus voor zorgt dat meerdere kleuren aardig opschieten, kan daar later handig gebruik van maken om zo de tegenstand een hak te zetten. Na elke speelbeurt vult een speler zijn voorraad terug aan tot zes. Ook hier komt Knizia met een verrassing want wie na het bepalen van de score kan aantonen dat zijn slechtst scorende kleur op geen enkele eigen steen meer voorkomt (je legt dan alle stenen van je rekje open) mag zes nieuwe stenen uit de zak trekken en wisselen met zijn oude voorraad.
Zowel met 2, 3 als 4 spelers is dit een schitterend spel. De grootte van het speelbord is de enige verandering. De voorraad stenen wordt niet gewijzigd. Hier zit natuurlijk voer in voor variatie! Wie met 4 speelt heeft bovendien de keuze uit twee scenario’s. Ofwel spelen alle spelers apart, ofwel wordt in twee teams gespeeld. De spelers van beide teams komen daarbij afwisselend aan de beurt.
Dat Einfach Genial ook als solitair erg aantrekkelijk is, maakt het geheel helemaal af. Steen na steen moet op het speelbord geplaatst worden. Het scoreverloop wordt hier nu op twee tegen elkaar geschoven scorebordjes aangeduid. Bij elk nieuw spel kun je zo proberen je vorige score te verbeteren.
Reiner Knizia heeft met deze doos een echte topper gecreëerd. Het spel laat zich bovendien in twee worden samenvatten: EINFACH GENIAL!
Aantal spelers 1-4 spelers
Speelduur 16' tot 45'
Leeftijdscategorie Vanaf 9 à 12j
Moeilijkheidsgraad eenvoudig
Genius