Bron: Spellenlab
Er was eens... zo begint ook dit improvisatiespel. Elke speler krijgt bij de start een aantal verhaalkaarten ter beschikking. Elk van de 48 beschikbare verhaalkaarten toont een illustratie uit een bepaalde categorie. In de reeks "Magie & Mysterie" heb je b.v. een vliegend tapijt, een kladpapiertje met gebroken potlood, een dobberende fles of een halfopen deur. De categorie "Actie & Avontuur" toont een rinkelende gsm, een boomhut, een rijdende auto of een computer. En in de reeks "Leuk & Fantastisch" heb je b.v. een bord spaghetti, een muisje bij een muizenval, een vogelkooi met openstaand deurtje of een bad vol badschuim. Elke categorie is op de rugzijde herkenbaar dankzij een symbool.
Bij de start krijgen alle spelers kaarten uit willekeurige sets maar tijdens het spel kunnen ze kaarten van een bepaalde reeks kiezen.
Iemand plaatst een eerste kaartje op het middelste vak van het speelbord en start hiermee een verhaal. Vanuit dit vak start een spiraalsgewijs parcours waarop verdere kaarten kunnen geplaatst worden en waardoor het verhaal zich verder ontwikkelt.
Wie aan de beurt komt, moet de draaiwijzer een duwtje geven en de actie uitvoeren die de pijl aanduidt. Twee van de zes acties laten je toe om een eigen verhaalkaart te plaatsen en daarmee het reeds bestaande verhaal verder uit te werken. Bij de andere vier acties moet je ofwel een kaart uit de voorraad bijnemen, een eigen kaart omruilen met eentje uit de voorraad, het hele verhaal opnieuw vertellen vanaf de eerste kaart of een speciale "Plotseling!" kaart nemen en gebruiken in je verhaal.
Deze kaarten tonen twee soorten tekstballonen of een oog, oor, hand of neus. Het bestaande verhaal moet je dan vervolgen met de zin "en plotseling was er iemand of iets die zei, dacht, zag, hoorde, voelde of rook...".
De spelers bouwen dus samen het verhaal verder totdat iemand zijn laatste kaartje kan plaatsen. Deze speler moet eerst het volledige verhaal nog eens navertellen en mag bij succes zijn laatste verhaalkaart plaatsen om het spel te winnen.
Je kan echter ook afspreken om het verhaal samen op te bouwen totdat iedereen al zijn kaarten kan plaatsen. In dit geval is er geen winnaar, maar beleeft iedereen evenveel plezier aan het samen verzinnen van een gek verhaal.
De beeldkaarten zijn goed uitgekozen en laten ruimte voor interpretatie. Het lege vogelkooitje moet dan niet noodzakelijk een vogeltje bevat hebben, maar kon ook een gevangen kaboutertje vast houden... De actie "het hele verhaal opnieuw vertellen" zorgt ervoor dat iedereen heel goed moet meeluisteren naar de opbouw van het verhaal.
De spiraalsgewijze opbouw van het verhaal zorgt bij sommige kinderen voor een probleem. Het is soms moeilijk de volgorde nog te herkennen. Anderen vinden dit juist een pluspunt omdat de concentratie hierdoor nog groter moet zijn.
Tale Spin doet wat het in de titel belooft. Draai een wijzer in het rond en bouw een knotsgek verhaal op. Een leuk improvisatiespel.
Dit spel komt oorspronkelijk uit de USA, wordt via Engeland in Europa verdeeld en bevat geen enkele tekst op de kaarten. het kan dus in om het even welke taal gespeeld worden.