Bron: Spellenlab
Vlaanderen, 11 juli 1302. De Vlaamse Gilden komen in opstand tegen de Franse overheersing van Filips IV. De Guldensporenslag bij Kortrijk verdrijft het Franse elite-ridderleger. Tegen deze achtergrond start dit spel.
De spelers vertegenwoordigen elk één van de machtige Gilden in Vlaanderen en proberen de meeste invloed te behalen in de steden. Op het speelbord komt in elk van de zes beschikbare steden het centrale stadsdeel te liggen: Brugge, Ieper, Gent, Leuven, Utrecht en Luik. Utrecht en Luik vertegenwoordigen respectievelijk een neutrale grijze Gilde en de Kerk. De eerste vier steden behoren tot de vier spelers. Van elke stad krijgt elke speler de 15 overige stadsdelen. De stadsdelen van Utrecht en Luik liggen naast het speelbord en kunnen door elke speler gebruikt worden.
Ronde na ronde kiezen de spelers een actiekaart om hun invloed in de verschillende steden te vergroten. Je invloed hangt af van het aantal eigen stadsdelen in een volledig afgewerkte stad en bij gelijkstand het aantal Gildenmeesters op je eigen stadsdelen.
Elke speler beschikt over een zelfde set actiekaarten. In het midden van het speelbord ligt echter nog een pak gouden actiekaarten. De startspeler neemt eerst de bovenste actiekaart, bestudeert deze rustig en legt die verdekt voor zich neer. Als iedereen straks zijn actie uitgevoerd heeft, bezit de startspeler nog over één extra zet. Elke speler selecteert een kaart uit zijn handvoorraad en legt deze verdekt neer op tafel. Als iedereen gekozen heeft, worden de kaarten omgedraaid. Wie een gewone stadskaart koos, mag in de betreffende stad een puzzelstukje van de eigen kleur plaatsen. Belangrijk is dat geen enkele Gilde (kleur) naast elkaar mag liggen met een gemeenschappelijke zijde. De speler kan echter ook kiezen om geen Gilde-stadsdeel van de eigen kleur te plaatsen, maar wel eentje van de neutrale grijze Gilde of eentje van de Kerk. Dit om de invloed in bepaalde steden wat te verdelen, meerderheden te beïnvloeden of om de waarde van de stad wat te verhogen (een stad met Kerk scoort meer punten).
Een andere actie bestaat uit het spelen van de bouwplaatskaart. Met deze kaart kan de speler in een stad naar keuze een eigen, grijs of Kerk-stadsdeel plaatsen met een bouwplaats-blokje. Dit betekent dat het betreffende stadsdeel nog in opbouw is en voorlopig nog niet kan scoren. Het blokje moet eerst weggenomen worden om het stadsdeel te doen scoren. Dat zal je later wel doen als het een stadsdeel is van je eigen kleur, maar wellicht laat je een neutraal grijs stadsdeel liever liggen met het blokje. Hierdoor scoort het stadsdeel niet, maar raakt de stad wel opgevuld.
Met de kaart 'oppakken' mag de speler al zijn reeds eerder gespeelde actiekaarten terug in de hand nemen. Hij kan weliswaar in deze ronde niets doen, maar beschikt weer over alle keuzemogelijkheden. Deze actie moet je goed plannen omdat de andere spelers tijdens deze ronde misschien wel iets interessant zullen doen.
Tenslotte zijn er nog invloedskaarten ter beschikking. Elke ronde moet elke speler zeker één actiekaart kiezen, maar hij kan dit aanvullen met één of meerdere invloedskaarten. Hierdoor verbreekt de speler de spelersvolgorde in een bepaalde ronde en kan hij toch als eerste aan de beurt komen. Jammer genoeg gaat elke gebruikte invloedskaart (je kreeg er drie) definitief uit het spel.
Nadat elke speler zijn actie uitgevoerd heeft, mag de startspeler nog de actie van zijn getrokken gouden kaart aanwenden. Deze omvatten alle acties van de eigen handkaarten plus nog enkele niet onbelangrijke. Je kan een Dom op een Kerk-stadsdeel plaatsen (3p) of een Gildenmeester op een eigen Gilde. Dit laatste is erg belangrijk om de controle over een stad te verwerven als er een gelijke stand in stadskaartjes dreigt.
Ronde na ronde wordt gespeeld totdat een bepaalde stad volledig opgevuld is (er kan geen enkel stadsdeel nog geplaatst worden). De puntenwaarde van de stad wordt als volgt bepaald: elk stadsdeel van een Gilde scoort 1 punt, elke kerk 2 punten en elke Dom 3 punten. Stadsdelen met bouwplaats scoren helaas niet.
De speler wiens Gilde de meeste invloed heeft, krijgt de volle score. De tweede best geplaatste de helft, de derde 4p, de vierde 2p en de vijfde 0p (want naast de 4 spelers doet ook nog de grijze neutrale Gilde mee). Bij eventuele gelijke stand worden de Gildenmeesters geteld en scoren de betreffende spelers de punten van de laagst gemeenschappelijke rang.
Flandern 1302 bekoort door zijn redelijk eenvoudig kiessysteem. Je voelt wel niets van de dramatiek van de geschiedkundige gebeurtenissen (zeker niet als Bruggeling...), maar het mooi afgewerkte spelmateriaal, de logische keuzes en de niet al te lange speelduur maken veel goed. Dit tactisch meerderheids-legspel zal gezinnen met wat oudere kinderen en de ervaren spelers die even geen al te zwaar spel willen uitproberen, beslist bekoren.