Alexandros 2003

Uitgever:
Auteur:
Land van oorsprong:
Beschikbare talen:
Richtprijs:
€ 18
Bron:

Omschrijving

Bron: Spellenlab
Alexander de Grote (of Alexandros) gaat op stap in zijn rijk. Bij elke beurt wordt deze figuur verplaatst naar een uit te kiezen plaats en trekt hij achter zich een nieuwe grenslijn. Na verloop van tijd ontstaan grote en kleine afgesloten gebieden die door een van de spelers kunnen ingenomen worden. Wie op het eind de meeste zegepunten heeft verzameld, wint dit vrij abstracte legspel.
Het speelbord is volledig opgebouwd uit een aaneengesloten netwerk van kleine driehoekjes. Zowat de helft van die driehoekjes is ingekleurd en voorzien van een specifiek symbool. Er komen vijf verschillende symbolen op bijpassende kleuren voor. Alle andere driehoekjes zijn neutraal van kleur. Als spelmateriaal is naast het speelbord een dikke stapel kaartjes aanwezig. Elk symbool van het speelbord is daarin evenredig vertegenwoordigd. Bij het begin van het spel bezit elke speler slechts één zo'n kaart en beschikt hij over 4 pionnen van zijn kleur. Als eerste actie moet de speler aan beurt Alexandros verplaatsen. Daarbij heeft hij meestal slechts een (heel) beperkt keuze. Hij moet een van beide openliggende kaarten kiezen en dan de figuur naar een veld met dat symbool verplaatsen. De driehoek waarheen dit gebeurt, ligt in de meeste gevallen ook meteen vast. Dit is steeds de dichtst bij zijnde vrije driehoek van die soort. Vrij betekent in dit geval dat Alexander er niet staat, er geen grensstokje op een van de zijden ligt of niet bezet is met de pion. Vooral bij dit spelonderdeel moet heel goed toegekeken worden want een foutje is snel gemaakt. Daarenboven heeft de keuze van de nieuwe standplaats van Alexandros grote impact op het verdere spelverloop. Eenmaal de driehoek is gekozen, wordt Alexandros op een van de hoekpunten geplaatst en wordt de oude standplaats met de nieuwe - via een van de kortste routes - verbonden door het leggen van grensstokjes. De speler aan beurt verkrijgt voor deze verplaatsing de bijbehorende symboolkaart.
Na deze actie heeft elke speler nog twee extra actiemogelijkheden. Hij kan daarvoor uit vier mogelijkheden kiezen. Hij kan een handkaart bijnemen, een gebied in- of overnemen of opteren voor een puntentelling. Als laatste mogelijkheid kan hij ook een reeds ingezette pion terug wegnemen. Alleen wie over voldoende handkaarten beschikt, zal een (interessant) gebied kunnen innemen of overnemen. De waarde van een gebied wordt bepaalt door het aantal neutrale driehoekjes, de kostprijs om het te claimen daarentegen door de symboolvelden. Claimen gebeurd door het inzetten van één of meer eigen pionnen op evenveel symboolvelden. Voor elk nog vrij symboolveld moet een gepaste kaart ingegeven worden. Overnemen is nog duurder want alle aanwezige pionnen moeten eerst weggejaagd worden (kostprijs per pion = 2 kaarten van het veldtype waarop die staan). Verjagen zonder zelf in te nemen behoort nl. niet tot de mogelijkheden zodat direct volgens de beschreven regels moet ingenomen worden. Daar de weggejaagde speler steeds de helft van alle benodigde kaarten verkrijgt, moet voor deze actie steeds vooraf de winst berekend worden... Wie bij zijn beurt wil scoren, moet ook eerst tellen en een gepaste kaart inzetten. Alle (eigen = vreemde!) gebieden met één pion gewaardeerd worden nl. gewaardeerd.
Dit spel vereist duidelijk enkele oefenpartijen vooral omdat elke actie enorme gevolgen kan hebben. Wie te lang wacht om in- of over te nemen zal wellicht nooit meer de kans krijgen om de opgelopen achterstand terug in te halen. In dit spel kan niemand het zich veroorloven de leidende speler met rust te laten. Daardoor zullen sommigen dit spel dan ook niet graag spelen want rustig afwachten en je eigen spel spelen zijn er niet bij. Alexandros is een van de stevigste (en meest abstract aanvoelende) spellen tot nu toe van Leo Colovini.
Aantal spelers 2-4 spelers
Speelduur 46' tot 2u
Leeftijdscategorie Vanaf 13 à 15j
Moeilijkheidsgraad moeilijker
Alexandros