Sahara 1976

Op zich is dit doosje niet erg aantrekkelijk. Van deze ‘klassieker’ zijn er veel mooiere spellen in omloop. Deze versie met zijn plastieken speelbord en op pillen gelijkende steentjes zal zeker nergens op een of andere kast blijven staan. Nochtans heeft het spel zeker iets te bieden. Wie ‘Kalaha’, ‘Oware’ of iets dergelijks kent, weet onmiddellijk welk soort spel ‘Sahara’ is. Sommigen noemen dit de zoveelste variant op het overbekende thema van kuiltjes en boontjes.
Hier bestaat het speelbord uit twee rijen van zes vakjes met aan beide uiteinden een grotere verzamelbak. Elke speler is ‘eigenaar’ van de vakjes aan zijn kant evenals het verzamelbakje aan zijn rechterkant. In elk klein vakje liggen bij het begin 3 boontjes.
Wie aan de beurt komt, neemt alle steentjes uit een eigen (klein) vakje naar keuze en verdeelt de inhoud opnieuw over alle volgende vakjes. Daarbij wordt rechtsom (dus tegen de wijzers van de klok in) bewogen. Overal wordt een steen achtergelaten. Bij dit rondgaan wordt ook in de eigen verzamelbak een steen gelegd. Indien de inhoud van het gekozen vakje echter zo groot is dat na de rondgang de eigen kant van het speelbord opnieuw bereikt wordt, dan wordt het verzamelbakje van de tegenspeler overgeslagen! Vooral het laatste vakje is bij dit alles heel erg belangrijk. Belandt deze steen in de eigen verzamelbak, dan blijft dezelfde speler aan beurt en mag hij een nieuw vakje kiezen. Is het laatste vakje een klein leeg vakje aan de eigen kant van het speelbord, dan verdient deze speler de inhoud van de eigen kant (= 1 steen) plus de inhoud van de overkant. Al deze veroverde stenen komen in de eigen verzamelbak. Bovendien blijft deze speler aan beurt!
Het spel eindigt zodra iemand zijn eigen kant volledig leeg speelt. Deze speler verdient dan daardoor ook nog eens alle overblijvende stenen van de tegenspeler.
Een ronde wordt gewonnen door de speler met de meeste stenen in zijn verzamelbak. Na meerdere partijen wint de speler die als eerste 30, 40 of 50 (vooraf te bepalen) heeft verzameld.
Tellen en in gedachten simuleren zijn erg belangrijk in dit spel met Afrikaanse roots. Let wel... tellen mag alleen met de ogen!