Bron: Spellenlab
Spelen
Tot nu toe heb je de basis gekregen voor heel wat spelen. De spelen die hier volgen gebruiken meestal de vorige spelen om op verder te bouwen.
Ik weet daardoor zijn er enorm veel combinaties mogelijk, heel wat verschillend spelplezier.
Voor het “X”en wordt er bij de volgende spelen een + waarde gegeven. Dit betekent dat het “X”en nu nieuwe te behalen scores heeft.
Een voorbeeld om alles te verduidelijken:
Stel een spel kan 3 punten meer opleveren dan voorgaande spellen omdat er bijkomende punten te halen zijn door nieuwe icoontjes of andere combinaties, dan zal er “+1: x2 ; +2: x1 ; +3 x1” staan. Bij de gewone te behalen scores komen er nu vier scores bij om de hele lijst af te werken. Twee maal één punt boven de maximum score van het vorige spel; en telkens één maal twee of drie meer dan de vorige scores. Gelieve dan dus te kijken naar vorige spellen met “X”en om de lijst te behalen scores terug te vinden.
Achtergrond
Tot nu toe heb je een beetje zicht op wat psalmen zijn. Het zijn vooral liederen gebruikt bij plechtigheden. Ze gaan over alles wat een mens in zijn leven raakt. Het is een steeds op zoek gaan naar die God, gekend en ongekend. Niet toevallig heb ik gekozen om in 5 delen, “boeken”, spelenderwijs meer te ontdekken over de psalmen.
Boek 1: Algemeen, de indeling en zo meer.
Boek 2: Enkele grote delen en een paar vreemde woorden.
Boek 3: Wat meer over hoe ze God noemen en hoe we Hem mogen vieren. Boek 4: een aantal grote thema’s in de psalmen.
Boek 5: iets over de dichtkunst in de psalmen.
In dit boek vind je de volgende onderwerpen:
1.Schuld en onschuld: over schuld en vergeving of over onschuldig beticht worden.
2.de goede weg: over goed en kwaad, over goed leven, naastenliefde en doen wat God vraagt. 3.de schepping: God die schept en de natuur die eert of gevaarlijk is.
4. wijsheden: wegwijzers om naar te leven, wijsheden, op zich zijn dit geen gebeden in de enge zin van het woord.
5. koningen: je hebt de aardse koningen en God die koning is, over de Messias, Gods zoon.
6. de rechter en de vijand: God is rechter of over het onrecht van de vijand of de boosdoener.
7. de redder: God die helpt en luistert naar de mens die in nood is.
8. mijn schild en betrouwen: angst en veiligheid, God als vaste burcht.
9. ziek en gebroken: soms de dood voor ogen, ziek of gebroken.
10. geweld: van de geweldenaar of van God. Hoe gaan we daar mee om?
11.de arme: De arme mens, de weduwe en wees of de arme voor God.
12. op eigen hoofd: Wie onrecht doet zal in zijn eigen kuil vallen.